Tenniselleboog en golferselleboog

Heeft u steeds pijn in uw elleboog? Heeft u vooral pijn bij bewegen van de pols of bij kracht zetten, knijpen of wringen? Mogelijk heeft u een tennis- of golferselleboog.

Algemene informatie

Het onderuiteinde van het bovenarmbot (humerus) heeft twee uitsteeksels: de epicondylen. De epicondylus lateralis zit aan de buitenkant, de epicondylus medialis aan de binnenkant. Deze epicondylen vormen het aanhechtingspunt voor een aantal spieren van de onderarm. De spieren komen samen in pezen die vastzitten op het bot. Aan de buitenkant (lateraal) zijn het de strekkers van pols en vingers; aan de binnenkant (mediaal) de buigers van pols en vingers.

Oorzaken

Overbelasting kan zorgen voor geïrriteerde aanhechtingen. Dit heet een ontsteking; het is een reactie van het lichaam op beschadiging van weefsel of heftige prikkeling van buitenaf. Het doel van ontsteking is herstel van de weefselschade. Hierdoor heeft u pijn en soms last van zwelling en warmte.

Symptomen

Ontsteking van de aanhechting van de strekkers van de pols op de plaats van de elleboog heet epicondylitis lateralis. Er is pijn aan de buitenkant van de elleboog, die toeneemt bij bepaalde bewegingen. Dit is vooral het geval als u tegen weerstand in de pols omhoog beweegt of de vingers strekt. Omdat dit relatief vaak voorkomt bij tennissers staat dit bekend als een tenniselleboog.

Eenzelfde soort ontsteking kan aan de binnenkant van de elleboog voorkomen, op de plaats van de aanhechting van de buigers van de pols. Dit heet ook wel epicondylitis medialis, ofwel golferselleboog.

Behandeling

De behandeling van epicondylitis bestaat in eerste instantie uit rust. Vermijd de bewegingen die de pijn uitlokken een poosje en belast uw arm niet te zwaar. U kunt de rust combineren met het gebruik van ontstekingsremmende pijnstillers (non-steroïde anti-inflammatoire medicijnen: NSAID’s), zoals naproxen, ibuprofen of diclofenac. De meeste mensen met epicondylitis hebben dan na een tijdje geen klachten meer.

Bij een deel van de mensen zijn de klachten echter heel hardnekkig. Deze komen naar de polikliniek orthopedie. Er is helaas geen eenduidige behandeling die bij iedereen succesvol is. Er zijn een aantal verschillende behandelmogelijkheden:

Rust door een bandage (brace)

Een bandage fixeert de spieren (de polsstrekkers of –buigers) op de onderarm. Hierdoor kunt u de spieren normaal gebruiken, maar wordt de aanhechting aan de elleboog ontlast, zodat deze tot rust kan komen.

Rust door gips

Door de arm in te gipsen krijgt de arm meer rigoreus rust. Het gips ontlast de aanhechting van de ontstoken pezen. U kunt de hand relatief normaal gebruiken, maar een gips geeft natuurlijk meer beperkingen dan een brace.

Fysiotherapie

Een bepaalde soort massage (frictie) kan de doorbloeding ter plaatse verbeteren, zodat de genezing op gang komt.

Injectie met corticosteroïden

Een injectie plaatsen we op de meest pijnlijke plaats van de aanhechting. Corticosteroïden werken ontstekingsremmend en helpen de eigen genezingstendens om de overhand te krijgen. Meestal geven we maar één- of tweemaal een injectie.

Operatie

Door het losmaken van de pezen van de epicondylus vermindert de spanning in de pezen en kan de genezing op gang komen. De spieren (polsstrekkers en –buigers) hechten ook aan de ònderarmsbeenderen, zodat er na een operatie geen sprake is van functieverlies. Na de ingreep is een periode van rust belangrijk, waarin u de arm niet belast.

Meer informatie over een golfersarm of golferselleboog.
Meer informatie over een tennisarm of tenniselleboog.


© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden