Bestralen bij longkanker even effectief als opereren

Patiënten met  een bepaalde vorm van longkanker kunnen net zo goed behandeld worden met bestraling als met een operatie, wat wereldwijd als de gangbare behandeling geldt. Dit blijkt uit een grote studie  door Nederlandse en Amerikaanse artsen en onderzoekers, waaronder drie medisch specialisten uit het Catharina Ziekenhuis. Zij hebben hun bevindingen beschreven in het toonaangevende vaktijdschrift The Lancet Oncology. 

Patiënten met longkanker hebben over het algemeen een slecht vooruitzicht. De gunstigste prognose hebben operabele patiënten met resectabel stadium 1 niet-kleincellige longkanker. Dit is een vroeg stadium van longkanker zonder uitzaaiingen naar de lymfklieren. De standaardbehandeling is het operatief verwijderen van de tumor uit de longen. Steeds vaker gebruiken artsen stereotactisch bestralen, een techniek om een hoge dosis straling zeer nauwkeurig op de tumor te richten – met name bij patiënten die geen operatie kunnen ondergaan vanwege een slechte longfunctie of bijkomende ziekten. Het voordeel van bestralen is dat het poliklinisch gebeurt (in 3-8 zittingen) en de patiënt dus steeds meteen naar huis kan.

Radiotherapie Catharina Ziekenhuis

Twee studies gecombineerd

Om het effect van beide behandelingen met elkaar te vergelijken, liepen onafhankelijk van elkaar twee studies: de STARS-studie, geleid door artsen van MD Anderson Cancer Center in de VS en de Nederlandse ROSEL-studie, geleid door artsen van VUmc in Amsterdam. Aan de studie van VUmc deden twee andere academische ziekenhuizen (Medisch Centrum Groningen en Maastricht UMC+) en het Catharina Ziekenhuis mee. Omdat de studies los van elkaar te weinig bruikbare data opleverden, werd besloten om de data bij elkaar te voegen.

Resultaten

In totaal werden 58 patiënten gevolgd, waarvan ongeveer de helft werd behandeld met bestraling en de andere helft met een operatie. Hieruit bleek dat een behandeling met stereotactisch bestralen even effectief is als opereren in de onderzochte populatie. Daarbij gaat bestralen minder vaak gepaard met ernstige complicaties of overlijden. “Onze studie laat zien dat patiënten die fit genoeg zijn om een operatie te ondergaan, ook bestraald kunnen worden. De resultaten van die bestraling zijn zelfs iets beter, omdat daar minder complicaties bij optreden”, aldus longarts dr. Ben van den Borne van het Catharina Ziekenhuis. “Patiënten met longkanker zijn vaak ouder, hebben een beperkte longfunctie en vaak ook nog andere aandoeningen. Voor die patiënten kleven er meer risico’s aan een operatie. Bestraling blijkt voor hen een goed alternatief met hetzelfde effect.”

1500 patiënten per jaar

Longkanker is een van de meest voorkomende kankers en is in veel gevallen moeilijk te genezen. Na de diagnose longkanker (alle stadia en varianten bij elkaar opgeteld) leeft gemiddeld 15% van de patiënten na vijf jaar nog. Van den Borne denkt dat in Nederland 1500 patiënten per jaar voor deze behandeling in aanmerking zouden kunnen komen. In de regio Zuidoost Brabant zijn dat jaarlijks ongeveer 100 patiënten.

De longarts-oncologen van het Catharina Ziekenhuis doen mee aan veel wetenschappelijke studies. Op alle fronten in alle fases van de ziekte beschikt het Catharina Kanker Instituut daarom over de nieuwste ontwikkelingen en behandelvormen voor( long)kanker.


© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden