Hoe wordt de kwaliteit van zorg beoordeeld? Een journalist kijkt mee…

Een delegatie van Europese borstkankerspecialisten licht de borstkankerkliniek van het Catharina Ziekenhuis Eindhoven door. Een verslaggever van het ED mag bij wijze van hoge uitzondering meekijken bij deze visitatie.

Borstkankerchirurg in het Catharina Ziekenhuis Eindhoven is een intensieve baan. Wekelijks staat Yvonne van Riet uren in de operatiekamer. Maar nu heeft zij een andere zware klus te klaren. Europese topspecialisten die het borstkankercentrum aan een kritische controle onderwerpen, vragen haar en naaste collega’s het hemd van het lijf. ,,Ik ben doodop’’, bekent Van Riet na afloop. 

Het Catharina verwelkomt een onderzoeksteam van Eusoma, de Europese organisatie van borstkankerspecialisten. Het team moet vaststellen of het centrum nog voldoet aan de strenge kwaliteits eisen. De erkenning uit 2014 verloopt, tijd voor een nieuwe inspectie.

De delegatie staat onder leiding van de Italiaanse Lorenza Marotti uit Florence. Van Riet kijkt vooral op tegen borstchirurg prof. Robert Mansel uit Cardiff (Wales). Hij is al enkele jaren met pensioen, maar geldt nog altijd als een pionier en een absolute topper in zijn vakgebied. Dan is er radioloog Gianni Saguatti uit Bologna (Italië), gespecialiseerd in borstkanker. Borstkankerverpleegkundige Loretta Mazzega uit Aviano (ook Italië) maakt het kwartet vol.

Navolging

In het Eindhovense borstkankercentrum komen jaarlijks 7.000 patiënten op bezoek en worden ruim 250 operaties uitgevoerd. Als Mansel hoort dat Van Riet gemiddeld twaalf gecompliceerde borstoperaties per week verricht, noemt hij haar een superwoman. ,,Hoe doe je dat, slaap je nooit?’’ vraagt hij. Van Riet geeft de eer aan het team dat haar heel veel werk uit handen neemt. Zij roemt vooral de rol van de verpleegkundig specialisten die patiënten door de procedure loodsen. Mansel: ,,Dan zijn zij ook superwomen.’’

Tijdens de finale beoordeling, enkele uren later, komt de Britse medicus terug op de rol van de verpleegkundig specialisten. Nog nergens in Europese ziekenhuizen heeft hij een soortgelijke werkwijze gezien. Hij kondigt aan dat hij zich in Europees verband sterk gaat maken voor navolging  van deze Eindhovense aanpak. Hij roept daarbij de hulp in van verpleegkundig specialist Saskia Claassen, die nationaal en internationaal actief is in wetenschappelijke verenigingen. Daar hoeft Claassen geen seconde over na te denken.

De visitatie begint met een welkomstwoord van bestuursvoorzitter Piet Batenburg. Hij schetst de bijzondere positie van het Catharina, dat geen academisch ziekenhuis is, maar wel veel taken uitvoert die bij deze status horen. Zoals het opleiden van medisch specialisten. In het ziekenhuis lopen al heel wat medici rond die ook een leerstoel bekleden als hoogleraar.

Met de kaart van Nederland op een groot scherm legt Batenburg uit hoe dat zo gekomen is: Oost-Brabant is een witte vlek in Nederland tussen Maastricht en Nijmegen als het gaat om de verdeling van de acht academische ziekenhuizen. Gevolg: Eindhoven is met het Catharina een verkapt academisch ziekenhuis is geworden, mét de bijbehorende taken, maar zonder de titel.

Onder de indruk

Verder heeft het Catharina afdelingen, zoals het borstkankercentrum, waar patiënten uit de wijde omtrek naar worden doorverwezen. Het Catharina is ook de enige in de regio Zuidoost-Brabant met een afdeling radiotherapie. Dankzij die aanwezigheid kan het Catharina ook een behandeling aanbieden waarbij tijdens een operatie een borst van binnen wordt bestraald door de nog geopende wond. Dat is effectiever en minder belastend voor de patiënt.

Dan begint de inspectie. Het team gaat naar de afdeling borstchirurgie en woont daar eerst het multidisciplinaire overleg bij, waar artsen en verpleegkundig specialisten de patiënten van de dag bespreken. Dit keer is de voertaal Engels.

Op grote beeldschermen verschijnen röntgenfoto’s, scans en MRI’s, voorzien van cijfers en data. De artsen delen onderlng informatie uit. Verpleegkundig specialist Majorie de Werd vult die aan met persoonlijke informatie over de betrokken patiënte. Als bijvoorbeeld de foto’s van een oudere dame verschijnen: “Deze mevrouw heeft beginnende dementie. Zij woont thuis met haar echtgenoot die nog goed in staat is om haar te verzorgen.’’ Mansel toont zich onder de indruk: ,,Dat ziekenhuizen zoveel weten van de privésituatie van hun patiënten is bijzonder. Dat zie ik in andere landen niet vaak.’’

Dan is het tijd voor onderzoek op de werkvloer. Het team splitst zich op. Saguatti en Mazzega gaan in het borstkankercentrum in gesprek met mammaverpleegkundigen, verpleegkundig specialisten, fysiotherapeuten en psychologen. Mansel en Marotti installeren zich in een vergaderzaal, waar de dames en heren medici één voor één op de biecht komen. Zij vertellen hoe zij te werk gaan en welke procedures in acht worden genomen. Op de tafel ligt al snel een grote stapel papier, want de delegatie wil alles op schrift na kunnen lezen.

De onderzoekers blijken goed voorbereid. Dossiers nemen zij stap voor stap door. Marotti toont zich vooral vasthoudend als het gaat om procedures. Mansel stelt zijn vragen beleefd en vriendelijk, maar wil wél het naadje van de kous weten. De onderzoekers vragen naar de tijd die zit tussen de eerste aanmelding van een patiënt en de aanvang van de behandeling. Zij zijn gespitst op afwijkingen van de protocollen. Zo kreeg een oudere patiënte het advies om van chemotherapie af te zien. Van Riet legt uit dat het gaat om iemand met meerdere medische problemen voor wie chemo een te zware belasting zou zijn.

Als Yvonne van Riet en verpleegkundig specialist Majorie Wijnands hun verhaal hebben gedaan, is plastisch chirurg Maarten Hoogbergen aan de beurt. Zijn taak is om een borst na de operatie, waarbij vaak veel weefsel moet worden weggesneden, te herstellen.

Vliegvissen

Radiotherapeut Peter Paul van der Toorn komt binnen. Hij toont een luchtfoto van het Catharina, waarop te zien is hoe ‘zijn’ bestralingscentrum als een lange gang achter het ziekenhuis ligt en daar aan twee kanten uitsteekt. ,,Wij zijn groter dan het ziekenhuis zelf’’, zegt hij met een glimlach.

Na ruim drie uur interviewen neemt Van der Toorn de gasten mee naar zijn afdeling. Mansel is verrast dat die op de begane grond zit met veel ramen en dus uitzicht. ,,Ik heb in Londen alle zestien bestralingscentra bezocht. Die zaten allemaal ondergronds. Ik heb wekenlang nauwelijks daglicht gezien.’’ Van der Toorn legt uit dat voor dat uitzicht het gebouw wel aan zeer strenge eisen moest voldoen om te voorkomen dat radioactieve straling naar buiten kan doordringen.

Voor Mansel is de dag nog niet voorbij. Hij spoedt zich naar Eindhoven Airport voor een vlucht naar Manchester. Daar moet hij die avond nog een zitting van het lokale medisch tuchtcollege voorzitten. Hoe houdt hij dat leven vol? Met een glimlach: ,,Dit weekeinde ga ik vliegvissen in Schotland, mijn hobby. I love it.’’

De delegatie toont zich na de visitatie tevreden. De Eusoma-erkenning wordt voor drie jaar verlengd.

Bron: ED/Arnold Mandemaker


© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden