Radiofrequente Ablatie (RFA): gezwel aanpakken met hete naald

Zo werkt Radiofrequentie ablatie (RFA)

Radiofrequentie ablatie (RFA) of warmte-ablatie is een medische ingreep waarbij (goed- en kwaadaardige) gezwellen als het ware worden weggebrand. Met behulp van een echo of CT-scan prikt de arts via de huid een naald in het gezwel. Die naald is aangesloten op een generator en zendt hoogfrequente radiogolven uit. Door trilling op te wekken komt er hitte vrij, waarmee de probleemcellen gericht worden vernietigd. Tijdens de ingreep houdt de arts de temperatuur en positie van de naald in de gaten, om schade aan het gezonde weefsel rondom het gezwel te voorkomen.
Na afloop verwijdert de arts de naald weer. Het lichaam ruimt de afgestorven cellen vanzelf op. Er vormt zich een litteken op de behandelde huid. De arts kan ervoor kiezen om direct een scan of echo te maken om te controleren of het gezwel goed is weggebrand.

Wanneer wordt RFA toegepast?

Radiofrequente Ablatie (RFA) is minder ingrijpend dan een traditionele operatie omdat er niet in het lichaam wordt gesneden. Het is men name geschikt in de volgende gevallen:

• Voor bepaalde soorten tumoren (bijvoorbeeld op de lever, nieren of slokdarm) van maximaal 3,5 cm.
• Voor een goedaardige schildklierknobbel, ook wel nodus genoemd, van maximaal 5 cm.
• Wanneer er sprake is van veranderend Barrett-slijmvlies in de slokdarm.
• Het gezwel zit op een plek waar het moeilijk is weg te snijden.
• Patiënten die geen operatie meer kunnen ondergaan door gezondheidsproblemen zoals hart-, vaat- en longziekten.
• RFA wordt ook gebruikt om chronische pijn te verminderen.

Uw behandelende artsen kunnen beoordelen of RFA de juiste behandelingsoptie is voor uw specifieke geval.

Risico’s en bijwerkingen van RFA

Zoals iedere medische ingreep kan ook RFA bijwerkingen veroorzaken. Over het algemeen gaat RFA gepaard met minder complicaties en een kortere hersteltijd dan een traditionele operatie. Enkele mogelijke risico’s en bijwerkingen:

• U kunt last krijgen van griepachtige klachten, zoals vermoeidheid, verhoging en braken. Deze klachten verdwijnen meestal vanzelf binnen een à twee weken.
• Er is een kleine kans op een nabloeding, infectie of schade aan zenuwen of omliggende orgaan. Dit kan meestal goed worden behandeld.
• U kunt na de behandeling pijn hebben rondom de behandelde plek, (bloed) hoesten of plassen.
• Heesheid na behandeling van een schildklierknobbel. Dit is meestal tijdelijk.

Als u veel last krijgt van bijwerkingen, neem dan contact op met de contactpersoon van de afdeling waar u behandeld wordt.

Microfrequente Ablatie (MWA): microgolven voor grotere tumoren

Microfrequente Ablatie ofwel MWA is vergelijkbaar met RFA, maar maakt gebruik van microgolven in plaats van radiogolven. Microgolven bereiken sneller hogere temperaturen en dringen dieper door in het weefsel. Om die reden wordt er vaker voor MWA gekozen als een tumor groter is dan 3,5 centimeter. 

Zo verloopt een RFA-behandeling

Het Catharina Ziekenhuis heeft speciaal opgeleide artsen die RFA- en MWA-behandelingen uitvoeren. Uw behandelend arts zal u uitleg geven over de behandeling en de procedure. In het algemeen geldt:

• RFA/MWA vindt plaats onder plaatselijke verdoving, soms aangevuld met een roesje, of onder algehele narcose. Behandeling van een schildklierknobbel gebeurt in de regel onder plaatselijke verdoving.
• De behandeling duurt ongeveer een halfuur tot twee uur.
• In de meeste gevallen mag u de dag van of na de ingreep weer naar huis.

Patiëntenfolders RFA-behandeling
Meer informatie over RFA vindt u in de patiëntenfolder radiofrequente ablatie van een schildklierknobbel en in de patiëntenfolder radiofrequente ablatie bij Barret-slokdarm.

Vragen?
Heeft u na het lezen van deze informatie en de patiëntenfolder nog vragen? Neem dan contact op met de afdeling waar u behandeld wordt of stel ze bij uw eerstvolgende bezoek aan uw arts of verpleegkundige.