Bestraling gynaecologische tumor

Als bij u een gynaecologische tumor is geconstateerd kan bestraling een onderdeel zijn van de behandeling. Deze bestralingsbehandeling krijgt u op de afdeling Radiotherapie. Uw medisch specialist (arts) is een radiotherapeut. Hier vindt u meer informatie over de uitwendige en inwendige bestraling van een gynaecologische tumor.

Uitwendige bestraling bij een gynaecologische tumor

Het eerste gesprek
Voor het kennismakingsgesprek met uw radiotherapeut meldt u zich bij de balie van de afdeling Radiotherapie. Tijdens het gesprek bespreekt de radiotherapeut:

  • Welke mogelijkheden u heeft om behandeld te worden
  • Het doel van de bestraling
  • Mogelijke bijwerkingen
  • Hoe de bestraling verloopt
  • Hoe vaak u behandeld wordt

Na het gesprek krijgt u van de receptioniste een afsprakenkaartje voor de bestralingsvoorbereiding en de eerste bestraling. Bij één van de eerste bestralingen ontvangt u een brief met alle volgende bestralingsafspraken. Wij verzoeken u om dit overzicht steeds mee te brengen.

Uw radiotherapeut wil ook tijdens uw behandeling weten hoe het met u gaat. Daarom staat er op uw afsprakenbrief ook een tweede afspraak met uw radiotherapeut. Als u na het eerste gesprek nog vragen heeft dan kunt u die bij het tweede gesprek stellen.

Voorlichtingsfilm Het eerste gesprek

De CT- scan

Als voorbereiding op de bestraling krijgt u een CT-scan. De CT-scan is een röntgenapparaat waarmee we foto’s (dwarse doorsneden) maken van het lichaam. De radiotherapeut geeft op de gemaakte opnames het te bestralen gebied aan. Hierna wordt door de radiotherapeutisch laboranten het bestralingsplan gemaakt waarbij de optimale manier van bestralen bepaald wordt. Er worden enkele kleine tatoeagepuntjes op uw lichaam aangebracht en met speciale inkt tekenen we lijnen aan op de huid. Dit is nodig om u elke dag op dezelfde manier te kunnen bestralen. U mag deze lijnen niet afwassen.

Het Bestralingsplan
Voordat de bestraling begint, stelt de radiotherapeut het bestralingsplan vast. Aan de hand hiervan kan een maximaal effect worden bereikt in het bestralingsgebied terwijl de kans op bijwerkingen zo klein mogelijk wordt gehouden en het gezonde weefsel zo min mogelijk straling krijgt. Het maken van het bestralingsplan en het invoeren in de gegevens in de computer van het bestralingsapparaat vragen aandacht en tijd. Daarom kunt u pas ongeveer een week na de voorbereiding daadwerkelijk starten met de bestralingen.

De Bestraling

Als we u gaan bestralen gebeurt er het volgende:

  • U gaat op de behandeltafel liggen.
  • De laboranten zorgen ervoor dat u precies hetzelfde ligt als op de CT-scan. Hiervoor kijken ze naar de laserlijnen die uit de muur komen en naar de tekening en tatoeagepuntjes op uw huid.
  • Zij stellen zo nauwkeurig mogelijk in en gebruiken hiervoor ook het bestralingsplan en de computergegevens van het bestralingstoestel.
  • Daarna bent u alleen in de ruimte. U moet dan stil blijven liggen. De laboranten kunnen u zien en horen.
  •  We maken een scan om uw houding te controleren.
  • Daarna draaien we het toestel om u heen en beginnen we met de bestraling. U hoort dan alleen het geluid van het toestel. Verder merkt u niets van de bestraling. We kunnen het toestel stilzetten en de bestraling onderbreken. Bijvoorbeeld bij een hoestbui.
  • Is de bestraling klaar? Dan stopt het toestel automatisch.
  • Alles bij elkaar duurt de behandeling per keer tussen de 15 en 25 minuten.

Inwendige bestraling bij een gynaecologische tumor

De meeste patiënten krijgen uitwendige radiotherapie. Het kan zijn dat u in aanmerking komt voor inwendige radiotherapie, of een combinatie van allebei. Inwendige radiotherapie noemen we brachytherapie. Brachy is Grieks en betekent ‘dichtbij’. Bij inwendige bestraling wordt een radioactieve bron dichtbij of in het tumorgebied gebracht. Hierbij wordt een hoge dosis straling aan het tumorweefsel gegeven. Het gezonde omliggende weefsel wordt zoveel mogelijk gespaard. In de folders vindt u meer informatie over brachytherapie bij een gynaecologische tumor.

Bijwerkingen

Door de radiotherapie kunnen bijwerkingen optreden, zowel tijdens de behandeling als daarna. Deze zijn onder andere afhankelijk van het bestralingsgebied en de hoogte van de bestralingsdosis. De bijwerkingen treden meestal niet direct op en kunnen per persoon verschillend zijn. Het is mogelijk dat u helemaal geen of slechts zeer weinig klachten krijgt. Bijwerkingen die voor kunnen komen zijn:

Resultaten

Het is meestal niet mogelijk om aan het einde van de radiotherapie direct vast te stellen of het beoogde doel van de behandeling is bereikt. Dit komt doordat het effect van radiotherapie pas weken tot maanden na beëindiging volledig wordt bereikt. In de folder Radiotherapie leest u meer informatie.

 

 


© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden