Brachytherapie bij prostaatkanker (Folder)

Catharina Kanker Instituut Radiotherapie Urologie
Michelangelolaan 2
5623 EJ Eindhoven

040 - 239 91 11
Catharina een Santeon ziekenhuis

Brachytherapie bij prostaatkanker (Folder)

U gaat behandeld worden voor prostaatkanker. Uw uroloog heeft met u de verschillende mogelijkheden besproken om u te behandelen. Samen met uw uroloog is de keuze voor brachytherapie gemaakt. U wordt behandeld met radioactieve zaadjes (Jodium-125). Uw uroloog zal samen met uw radiotherapeut (bestralingsarts) de zaadjes in uw prostaat plaatsen. De zaadjes blijven voorgoed in uw prostaat zitten. Deze behandeling wordt brachytherapie of een Jodium-implantatie genoemd.

In deze folder kunt u nalezen:

  • welke voorbereidingen nodig zijn voordat de radioactieve zaadjes geplaatst worden;
  • wat de behandeling inhoudt;
  • welke bijwerkingen u kan verwachten;
  • met welke maatregelen u rekening moet houden wegens radioactiviteit.

Deze behandeling is maatwerk. Wij willen u erop wijzen dat uw behandeling iets anders kan verlopen dan hieronder beschreven is.

Neem deze folder mee als u een andere arts bezoekt tot en met het eerste jaar na de implantatie.

Wat is brachytherapie met radioactieve zaadjes?

Uw prostaat is een klier die normaal ongeveer de grootte heeft van een kastanje. Deze klier zorgt voor de aanmaak van prostaatvocht. De prostaat ligt aan de onderkant van de blaas, daar waar de blaas overgaat in de plasbuis.

Bij de brachytherapie worden radioactieve Jodium-125 zaadjes in uw prostaat geplaatst. Deze zaadjes blijven zitten en worden dus niet verwijderd. De zaadjes vernietigen de kankercellen in uw prostaat. De straling dringt niet ver in het omliggende weefsel. Het omliggende weefsel wordt zoveel mogelijk gespaard.
De Jodium-125 zaadjes zijn zo gemaakt dat er geen radioactief materiaal uit kan komen. Er kan geen radioactief materiaal uitlekken.

Voorbereidingen

Er zijn een aantal voorbereidingen nodig voordat u de behandeling krijgt. We proberen de voorbereidingen op één middag te plannen. Hieronder worden de voorbereidingen uitgelegd.

U heeft een formulier (IPSS) thuis gestuurd gekregen. U moet deze invullen en meenemen naar de polikliniek. De uroloog bespreekt dit formulier met u.

Urinestraal-meting

Een urinestraal-meting is een onderzoek waarbij de kracht van de urinestraal wordt gemeten en vastgelegd. De meting gebeurt automatisch, zodra u in de flowmeter plast. Een flowmeter is een trechtervormig apparaat dat op een toilet staat. Het is een eenvoudig en pijnloos onderzoek.

Wat doet u vóór het onderzoek?
U begint twee uur vóór het onderzoek met het drinken van water, limonade, thee of koffie. Drink elke 20 minuten één vol glas. U hebt dan voor het onderzoek maximaal zes glazen gedronken.

Waar meldt u zich?

Op de dag van het onderzoek meldt u zich met een volle blaas bij de polikliniek Urologie. Daarna neemt u plaats in de wachtkamer.

Aanmelden voor uw afspraak

Hoe u zich kunt aanmelden voor uw afspraak, vindt u op www.catharinaziekenhuis.nl/aanmelden. Het is belangrijk dat u altijd een geldig legitimatiebewijs meeneemt, deze heeft u nodig om zich aan te melden.

Echografie prostaat

Het is belangrijk om de grootte en de vorm van de prostaat te weten vóór de behandeling. Hiervoor wordt een inwendige echografie gemaakt.

Wat gebeurt er tijdens de inwendige echografie?
U ligt hierbij op een onderzoekstafel met uw benen omhoog. Een verpleegkundige brengt in de anus een echosonde in. Dit is een dun kunststof buisje van enkele centimeters doorsnede. Hiermee maakt de verpleegkundige een echografie van uw prostaat en uw prostaatblaasjes.
Op een monitor worden de beelden bekeken. Het is mogelijk om hierop de prostaat op te meten en de inwendige vorm te bekijken. Er wordt veel glijmiddel gebruikt bij dit onderzoek. Het is belangrijk dat u uw sluitspier zo goed mogelijk ontspant. Zelfs bij kloofjes of aambeien kan het onderzoek dan zonder pijn verlopen. Het onderzoek duurt 15-20 minuten.

Gesprek met de uroloog in het Catharina Kanker Instituut (CKI)

U heeft een gesprek over brachytherapie met uw uroloog. U hoort dan of u in aanmerking komt voor deze behandeling. De arts zal als dat nodig is, ook nog andere behandelmogelijkheden met u bespreken.
De uroloog bespreekt ook de uitslag van de urinestraal-meting met u.

Vragenlijsten:
U heeft een vragenlijst gekregen. Wij vragen u de lijst in te vullen en mee te nemen als u naar het gesprek met de uroloog komt. De uroloog zal deze lijst met u bespreken.
De vragen gaan over uw mogelijke plasklachten (IPSS).

Pre-operatieve screening (POS) en anesthesie

U wordt geopereerd en bent daarom doorverwezen naar de polikliniek Pre-operatieve screening. Op deze polikliniek bekijkt de anesthesioloog of de operatie voor u extra gezondheidsrisico’s met zich meebrengt. Dit noemen we pre-operatieve screening. Tijdens dit gesprek komen een aantal onderwerpen aan bod. Dit zijn onder andere:

  • De soort verdoving (ruggenprik of algehele narcose) en pijnstilling die u krijgt.
  • Waar u op moet letten met eten, drinken en roken op de dagen rondom de operatie.
  • Hoe het gaat met uw gezondheid, medicijngebruik en allergieën.
  • Of u eerdere ziektes en operaties heeft gehad.
  • Welke medicijnen u gebruikt en hoe u op die dagen uw medicijnen inneemt. Dit geldt ook voor bloedverdunners. Bespreek het gebruik van bloedverdunners ook altijd met uw behandelend arts.
  • Er worden afspraken met u gemaakt over eventueel andere onderzoeken zoals een hartfilmpje, bloedonderzoek en röntgenfoto’s. Dit is afhankelijk van uw leeftijd en uw medische voorgeschiedenis.

Als u medicijnen gebruikt, neem dan een geldig medicijnoverzicht of medicijnpaspoort mee.

Meer informatie over pre-operatieve screening en verdoving vindt u in de folder ‘Anesthesie’.

Gesprek met uw radiotherapeut (bestralingsarts) in het Catharina Kanker Instituut (CKI)

Uw radiotherapeut bespreekt met u:

  • Hoe de behandeling met de brachytherapie gaat.
  • Wat u kunt verwachten aan bijwerkingen.
  • Met welke speciale maatregelen u rekening moet houden wegens de radioactiviteit.

Wat houdt de behandeling in?

De opname

U meldt zich op de afgesproken tijd op de afgesproken afdeling. Wanneer u ‘s morgens geholpen wordt mag u als alles goed gaat dezelfde dag naar huis. Als u ’s middags geholpen wordt mag u de volgende ochtend als alles goed gaat naar huis.

De behandeling

U wordt naar de operatiekamer gebracht. Daar wordt u onder algehele narcose gebracht of u krijgt een ruggenprik.
Als voorbereiding maken we een echografie van de prostaat. Dit gebeurt op de operatiekamer. Hiermee berekenen we hoe de zaadjes precies worden geplaatst. Er wordt in de computer een driedimensionaal schema van zaadjes gemaakt. Dit is de planning. Op basis hiervan worden de zaadjes met behulp van dunne naalden geïmplanteerd (geplaatst).

Tijdens de behandeling wordt een blaaskatheter in de blaas gebracht. Doordat de blaas dan leeg is zijn de zaadjes en de plasbuis beter te zien. We kunnen dan nauwkeuriger implanteren.

De hele implantatie met berekeningen duurt ongeveer anderhalf uur.

Na de behandeling

Na de behandeling gaat u naar de uitslaapkamer. Daarna wordt u door een verpleegkundige naar de verpleegafdeling gebracht.
U hoeft niet in bed te blijven, maar mag rondlopen in de kamer. Het is niet toegestaan de kamer onnodig te verlaten. Er kan namelijk een enkel zaadje via de urine uw lichaam verlaten. Om deze reden wordt de urine gedurende uw opname in het ziekenhuis gecontroleerd door de verpleegkundigen.

Enkele uren na de behandeling wordt de blaaskatheter meestal verwijderd. U mag naar huis wanneer u uw blaas goed leeg kunt plassen. Dit wordt gecontroleerd door middel van een echografie van de blaas. Deze echografie wordt op uw kamer gemaakt.

De dag na de behandeling wordt u gebeld door een brachy laborant, die u vraagt hoe u de behandeling heeft ervaren. Ook zal de laborant nog een keer met u de belangrijkste informatie doornemen over de behandeling met radioactieve zaadjes.

Afspraken:
  • 1 maand na de behandeling wordt een CT-scan gemaakt op de afdeling Radiotherapie.
  • 7 weken na de behandeling heeft een controle afspraak op de afdeling Radiotherapie.
  • 3 maanden na de behandeling heeft u een controle afspraak op de polikliniek Urologie van het Catharina Kanker Instituut (CKI).

Wanneer gebeurt wat en waar moet u dan zijn?

Wanneer Wat Waar
Dag 1 Opname Verpleegafdeling
Dag 1 I-125 implantatie
Operatiekamer
Dag 1 of dag 2

Ontslag

 
1 maand na implantatie CT-scan Afdeling Radiotherapie
7 weken na implantatie Controle radiotherapeut Afdeling Radiotherapie
3 maanden na implantatie

PSA bepaling

controle uroloog

Laboratorium

Polikliniek Urologie

 

Wat zijn de mogelijke bijwerkingen?

Bijwerkingen vlak na de brachy behandeling:
  • De urine kan wat rood gekleurd zijn. Dit is normaal. Dit verdwijnt meestal binnen enkele dagen. Soms worden ook bloedstolsels uit geplast. We raden u aan om ruim 1½ liter per dag te drinken na de ingreep. Uw blaas wordt op die manier goed gespoeld.
  • Branderig gevoel bij het plassen na het verwijderen van de katheter. Dit is normaal. Dit verdwijnt meestal na enkele dagen.
  • Meteen na de ingreep kan er wat bloedverlies optreden. Dit kan bloedverlies via de urine zijn. Ook kan het wat bloedverlies van onder de balzak zijn.
  • Een bloeduitstorting onder de balzak.
Late bijwerkingen

Na een aantal weken kunnen bijwerkingen ontstaan die het gevolg zijn van de bestraling. U kunt dan last hebben van:

  • vaker plassen.
  • meer aandrang.
  • een branderig gevoel bij het plassen.
  • een zwakkere straal. U heeft een medicijn (Tamsulosine) die het plassen makkelijker maakt. Blijf deze minstens 3 maanden gebruiken. Afhankelijk van uw klachten kunt u hier voor langere tijd mee doorgaan.
  • ’s nachts vaker plassen.
  • ongewild urine verliezen.

Bij de meeste patiënten zijn deze klachten na zes maanden verdwenen.

Bijwerkingen die na een jaar kunnen optreden:
  • Bloedverlies bij de ontlasting. Dit komt door kleine beschadiging van de endeldarm. Dit houdt meestal vanzelf op. Bij langdurige of hevige klachten kunt u contact opnemen met de afdeling Radiotherapie.
  • Impotentie door de behandeling. De bestraling reikt namelijk tot de zenuw die de erectie verzorgt. Dit kan zelfs pas na jaren optreden.
  • Aanzienlijk teruglopen van de hoeveelheid sperma bij de zaadlozing.

Als u veel last blijft houden van deze klachten, kunt u contact opnemen met de polikliniek Urologie.

Wanneer moet u contact opnemen?

U moet meteen contact opnemen als u in de dagen na de implantatie:

  • niet kunt plassen, terwijl u wel een volle blaas heeft;
  • veel bloed verliest;
  • erge pijn heeft in uw onderbuik;
  • koorts of koude rillingen krijgt.

Tijdens kantooruren neemt u in deze gevallen contact op met de polikliniek Urologie. Buiten kantooruren neemt u contact op met het algemene nummer van het Catharina Ziekenhuis. De telefoonnummers vindt u onder ‘Contactgegevens’.

Leefregels

Voeding

U hoeft voor deze behandeling geen speciaal dieet te volgen. Als u om een andere reden wel een speciaal dieet volgt, bespreek dit dan met uw behandelend uroloog. Wij adviseren u om na de behandeling veel te drinken (1,5 tot 2 liter per dag).

Activiteiten

Voorkom zwaar tillen of zware lichamelijke inspanning de eerste zes weken na de ingreep. Na enkele dagen mag u uw normale activiteiten geleidelijk weer hervatten. Wij adviseren u de eerste zes weken niet te fietsen. Uw zadel drukt bij fietsen precies op de prostaat. Dit kan uw klachten versterken.
Als u geen klachten heeft, kunt u na zes weken kleine afstanden (maximaal 10 km) gaan fietsen. Na drie maanden kunt u weer fietsen zoals u gewend bent.

Seksualiteit

Vier weken na de implantatieprocedure mag u weer geslachtsgemeenschap hebben. Gebruik een condoom tot 12 weken na de implantatie. In zeldzame gevallen kan het voorkomen dat een radioactief zaadje met het sperma meekomt. Dat kan geen kwaad voor uw partner.
Uw sperma kan verkleurd zijn; donkerbruin tot zwart. Dit is normaal en het gevolg van de implantatieprocedure.

Alcohol

We adviseren u de eerste 4 weken geen alcohol te nuttigen. Bij gebruik van alcohol moet u vaker en meer plassen, ook heeft het een bloed verdunnende werking.

Onderzoek van de endeldarm

Als u een inwendig onderzoek moet krijgen van de endeldarm en/of anus, vertel uw arts dan dat u radioactieve zaadjes in de prostaat heeft. Bij vragen kan de maag, darm, lever arts altijd contact opnemen met uw behandelend uroloog.

Wat is belangrijk om te weten over radioactiviteit?

Veel patiënten zijn bezorgd over de veiligheid van de behandeling, omdat er gewerkt wordt met radioactieve zaadjes. Hieronder volgt een kleine uitleg over de radioactiviteit van de zaadjes die gebruikt worden bij de brachytherapie van prostaatkanker.

De radioactieve zaadjes hebben een lage energie. Daardoor is de straling aan de buitenkant van uw lichaam erg laag.
Verder wordt de activiteit van de radioactieve zaadjes steeds lager in de loop van de tijd. Ze doven uit.
Het risico voor andere mensen in uw omgeving is daarmee erg klein. In het dagelijks leven loopt uw omgeving geen risico.
De dingen die u aanraakt of gebruikt, worden niet radioactief. Lakens, kleren en bestek die door u worden gebruikt, kunnen zonder problemen door anderen worden gebruikt. Uw urine en ontlasting zijn niet radioactief.
In het zeer uitzonderlijke geval komt er een zaadje mee met de urine. Dit kan geen kwaad. U hoeft het zaadje niet te bewaren.

Welke richtlijnen zijn belangrijk voor uw familieleden?

De straling van de radioactieve zaadjes (Jodium-125) dooft snel uit in het lichaam. Hierdoor komt vrijwel alle straling in de prostaat terecht. Er komt bijna niets buiten het lichaam of de omgeving terecht. Uw omgeving loopt geen risico in het dagelijks leven.
In de volgende situaties is het belangrijk dat u wél extra maatregelen neemt. Deze maatregelen gelden voor de eerste vier maanden na de implantatie:

  • Slaap in verschillende bedden als uw partner zwanger is of zwanger kan worden.
  • Neem kinderen jonger dan twee jaar in deze periode liever niet langer dan vijf minuten op schoot. Met de kinderen knuffelen of spelen kan geen kwaad.
Overlijden:

Als u om welke reden dan ook onverhoopt binnen een jaar na de brachytherapie komt te overlijden, mag er geen crematie plaatsvinden. Dit in verband met het risico op het vrijkomen van radioactief materiaal.

Opleidingsziekenhuis

Het Catharina Ziekenhuis is een opleidingsziekenhuis. Wij leiden artsen, verpleegkundigen en andere zorgverleners op. Dit betekent dat ook een zorgverlener in opleiding uw behandeling, onderzoek of operatie kan uitvoeren. Maar dit is niet altijd zo. Uw veiligheid staat altijd bij ons voorop. Als een zorgverlener in opleiding u helpt, werkt deze altijd onder begeleiding van een gediplomeerd zorgverlener. Als u niet wilt dat een zorgverlener in opleiding u helpt, dan kunt u dit met uw arts bespreken.

Vragen

Als u na het lezen van deze folder nog vragen heeft, dan kunnen deze beantwoord worden op het spreekuur. Met dringende vragen kunt u telefonisch contact opnemen met:

  • de polikliniek Urologie in geval van urologische problemen;
    • u niet kunt plassen, terwijl u wel een volle blaas heeft;
    • u veel bloed verliest;
    • u erge pijn heeft in uw onderbuik;
    • u koorts of koude rillingen heeft.
  • de afdeling Radiotherapie in geval van vragen die met straling te maken hebben.

Contactgegevens

Catharina Ziekenhuis
040 – 239 91 11
www.catharinaziekenhuis.nl

Afdeling Radiotherapie
040 – 239 64 00

Polikliniek Urologie
040 – 239 70 40

Routenummer(s) en overige informatie over de afdeling Radiotherapie kunt u vinden op www.catharinaziekenhuis.nl/radiotherapie


© 2023 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden