Michelangelolaan 2
5623 EJ Eindhoven
040 - 239 91 11

Pijnbehandeling van het bekkengewricht (Folder)

Deze folder is bestemd voor patiënten die in aanmerking komen voor een behandeling van het bekkengewricht: de zogeheten ‘Sacro-iliacale gewrichten’ of SI-gewrichten. Er zijn twee behandelingen mogelijk: een SI-blokkade en een SI-denervatie. In deze folder vindt u meer informatie over deze behandelingen. U wordt geholpen door een anesthesioloog-pijngeneeskundige op onze polikliniek Pijngeneeskunde.

Wat is een SI-gewricht?

De SI-gewrichten (bekkengewrichten) vormen de verbinding tussen het heiligbeen en het bekken. De gewrichten bevinden zich onderin de rug, aan beide kanten van de wervelkolom. De gewrichten kunnen maar weinig bewegen, zodat rug en bekken vrij stevig met elkaar verbonden zijn. SI-gewrichten kunnen overbelast of ontstoken zijn. Dit geeft lage rugpijn. Soms gaat deze pijn gepaard met uitstralende pijn naar de flank, de bil, de lies en/of het bovenbeen.

Let op!

Neem voor de behandeling contact op met de polikliniek Pijngeneeskunde als één van de volgende zaken op u van toepassing is en u deze nog niet heeft besproken met de anesthesioloog-pijnspecialist. Deze informatie kan belangrijk zijn voor uw behandeling.

• Gebruik van bloedverdunnende medicijnen. De pijngeneeskundige zal met u bespreken of en hoelang van tevoren u moet stoppen met de medicijnen.
• Een (mogelijke) zwangerschap. Tijdens de behandeling wordt gebruik gemaakt van röntgenstralen. Deze zijn mogelijk schadelijk voor het ongeboren kind.
• Suikerziekte.
• Allergie of overgevoeligheid. Voor jodiumhoudende contrastmiddelen, jodium, medicijnen of pleister.

De behandeling

SI-blokkade

Het doel van deze behandeling is de pijnklachten te verminderen, zodat u uw dagelijkse activiteiten zoveel mogelijk kunt hervatten. De behandeling verrichten we onder plaatselijke verdoving. U gaat op uw buik op een tafel liggen. De huid wordt verdoofd op de plaats waar u de blokkade krijgt. Met behulp van röntgen plaatst de anesthesioloog-pijnspecialist een naald. Ter controle van de positie van de naald spuiten we contrastvloeistof in. Vervolgens spuit de anesthesioloog-pijnspecialist een verdovingsmiddel en een ontstekingsremmend medicijn (corticosteroïd) in. Dit zorgt ervoor dat de irritatie van het gewricht en de zenuw afneemt. Hierdoor kunnen de pijnklachten voor een langere tijd weg blijven. Het corticosteroïd heeft wel eerst een aantal dagen tot weken nodig voordat dit een optimaal resultaat geeft. Het kortwerkende verdovingsmiddel is enkele uren na de behandeling al uitgewerkt.

SI-denervatie

Bij een SI-denervatie behandelen we de zenuwaftakkingen die naar het SI-gewricht lopen met een radiofrequente stroom (= warmte).

De anesthesioloog-pijnspecialist plaatst met behulp van röntgen enkele naalden in het SI-gewricht. De naalden worden hierna aangesloten op een apparaat dat radiofrequente stroom afgeeft. Om te bepalen of de naalden zich in de juiste positie bevinden, worden de naalden gestimuleerd met zwakke stroomstootjes. U geeft zelf aan waar en wanneer u de stroomstootjes voelt. Zo kunnen we precies bepalen of de naalden op de juiste plek zitten, of dat de naalden nog wat verplaatst moeten worden. Wanneer de naalden eenmaal op de juiste positie zitten, spuit de anesthesioloog-pijnspecialist een verdovingsvloeistof in en worden de naalden kortdurend verhit. Deze verhitting verandert de pijngeleiding waardoor uw klachten kunnen voor langere tijd verdwijnen.

Bijwerkingen

• Na de behandeling kunt u minder kracht ervaren in uw been. Dit komt door de verdovingsvloeistof en dit kan enkele uren duren.
• Er kan napijn optreden als gevolg van de injectie. Deze napijn kan enkele dagen duren. U kunt hiervoor een pijnstiller innemen, bijvoorbeeld paracetamol.
• U kunt een toename van de pijnklachten ervaren. Heel zelden ontstaan er door de behandeling meer pijnklachten.
• Vrouwen kunnen opvliegers krijgen en de menstruatie kan korte tijd verstoord raken.
• Bij diabetespatiënten kunnen de bloedsuikers voor korte tijd ontregeld zijn.

Complicaties

Na een SI-blokkade zijn er nauwelijks complicaties te verwachten. De complicaties die kunnen ontstaan zijn:

• Bloeduitstorting (Haematoom), als een bloedvat is geraakt.
• Infectie.

Nazorg

Het is van belang dat u met een begeleider naar het ziekenhuis komt, omdat u na de behandeling niet mag autorijden of fietsen. Na de behandeling mag u uw eigen medicatie weer innemen en u krijgt een afspraak mee voor een controle op de polikliniek Pijngeneeskunde.

Opleidingsziekenhuis

Het Catharina Ziekenhuis is een opleidingsziekenhuis. Wij bieden tal van opleidingsmogelijkheden voor artsen, verpleegkundigen en paramedische beroepen en werken daarin nauw samen met opleidingscentra en –ziekenhuizen in de regio. Dit kan betekenen dat uw behandeling, onderzoek of operatie (mede) uitgevoerd wordt door een zorgverlener in opleiding. Denk hierbij aan een arts in opleiding tot specialist, een co-assistent of een verpleegkundige in opleiding. Veiligheid is het allerbelangrijkste, daarom staat de zorgverlener in opleiding altijd onder supervisie van een gekwalificeerde zorgverlener. Indien u niet wenst geholpen te worden door een zorgverlener in opleiding, kunt u dit aangeven bij uw behandelend arts.

Vragen

Hebt u na het lezen van deze folder nog vragen? Aarzel dan niet om te bellen naar de polikliniek Pijngeneeskunde. Vragen kunt u ook bespreken met uw behandelend pijngeneeskundige. Als u om een dringende reden uw afspraak niet kunt nakomen, geef dit dan door.

Contactgegevens

Catharina Ziekenhuis
040 – 239 91 11
www.catharinaziekenhuis.nl

Polikliniek Pijngeneeskunde
040 – 239 85 00

Routenummer(s) en overige informatie over de polikliniek Pijngeneeskunde kunt u terugvinden op www.catharinaziekenhuis.nl/pijngeneeskunde