Schouderoperatie (Folder)

Orthopedie
Michelangelolaan 2
5623 EJ Eindhoven

040 - 239 91 11
Catharina een Santeon ziekenhuis

Schouderoperatie (Folder)

Uw orthopedisch chirurg heeft u geadviseerd om u te laten opereren aan uw schouder. In deze folder vindt u informatie over de gang van zaken rondom de operatie. Het is goed om u te realiseren dat voor u persoonlijk de situatie anders kan zijn dan hier is beschreven. Als dit het geval is, legt uw arts dit aan u uit.

Bouw en werking van de schouder

De schouder is een complex gewricht. Het heeft de meeste beweeglijkheid van alle gewrichten in het lichaam. Maar deze grote beweeglijkheid kan ook voor veel problemen zorgen. De schouder is het gewricht dat de verbinding vormt tussen de arm en het lichaam. Het schoudergewricht wordt gevormd door de kop van de bovenarm, de schouderkom aan de binnenkant en het schouderdak, aan de bovenzijde. De schouderkom is eigenlijk iets te vlak voor de schouderkop. Rondom de kom zit een stevige bandvormige ring van elastisch kraakbeen. Hierdoor wordt de oppervlakte van de kom iets vergroot, zodat de schouderkop er beter in past.

Anatomie van de schouder

Er zitten twee soorten gewrichten in de schouder.

  • Het gewricht tussen schouderkop en het schouderkommetje.
  • Het gewricht tussen sleutelbeen en schouderdak (ook wel het ‘AC gewricht’ genoemd).

De spieren en pezen zorgen voor alle bewegingen van de schouder. Ook spelen ze een belangrijke rol bij de stabiliteit van de schouder zodat deze niet uit de kom kan schieten.

Slijmbeurs

Tussen het schouderdak en de schouderkop ligt een slijmbeurs. Een slijmbeurs is een klein zakje gevuld met een kleine hoeveelheid gewrichtsvocht (smeermiddel). Slijmbeurzen zijn overal in het menselijke lichaam te vinden waar twee lichaamsdelen tegenover elkaar bewegen (en waar geen gewricht aanwezig is).

De slijmbeurs in de schouder zorgt ervoor dat het schouderdak, de spieren en pezen en de schouderkop niet tegen elkaar wrijven als de bovenarm naar boven wordt bewogen.

Als deze ruimte te nauw is kunnen de slijmbeurs en de pezen die hier tussen lopen geïrriteerd raken; er ontstaat dan een slijmbeursontsteking of peesontsteking. In medische termen noemt men dit impingement van de schouder (zie afbeelding).

Impingement van de schouder

Mogelijke klachten

In een vroeg stadium kunnen pijnscheuten aan de bovenzijde en de voorkant van de schouder en bovenarm optreden. Ook het opheffen van de arm veroorzaakt pijn. Meestal is er ook ’s nachts pijn en kunt u slecht op de aangedane zijde liggen. Ook het reiken van de hand naar de achterzak van uw broek kan pijnlijk en moeizaam zijn. Hoe erger de irritatie (ontsteking) wordt, hoe erger de klachten worden. Hierbij kan de schouder geleidelijk aan stijver worden. Ook kan de kracht in de schouder minder worden, doordat u de schouder steeds minder beweegt. Tenslotte kan er een scheur ontstaan in een van de pezen, waardoor er krachtsverlies kan ontstaan.

Oorzaken van de klachten

De klachten kunnen optreden bij veel werken met de armen boven het hoofd zoals schilderen. Ook kunnen deze ontstaan door zogeheten ‘werpsporten’ met veel schouderbewegingen zoals zwemmen, handbal en dergelijke. Door de herhaalde schouderbeweging kan de schouder overbelast worden.

Hierdoor ontstaat een chronische irritatie wat vervolgens leidt tot een ontsteking.

Botaangroei schouder

Ook wanneer de ruimte onder het schouderdak vernauwd is door botaangroei aan de onderzijde van het schouderdak kunnen de slijmbeurs en de spieren geïrriteerd raken en daardoor iets opzetten. Deze bot aangroeiingen ontstaan door verouderings- of slijtageprocessen in de schouder. Ook kan het gewricht tussen het schouderdak en het sleutelbeen (AC gewricht) iets versleten zijn en botaangroeiingen aan de onderzijde hebben. Dit kan vernauwing veroorzaken.

Diagnose

De diagnose van een slijmbeursontsteking en/of een peesontsteking wordt meestal gesteld op basis van uw verhaal en het lichamelijk onderzoek. Als aanvullend onderzoek wordt altijd een röntgenopname gemaakt van de schouder. In sommige gevallen is het noodzakelijk een MRI scan (magnetic resonance imaging) te verrichten, om ook de pezen en de spieren van de schouder te beoordelen.

Soms kan een verdovende injectie toegediend worden in de schouder om bepaalde aandoeningen in de schouder te onderscheiden en om andere problemen zoals problemen vanuit de nek uit te sluiten.

Afhankelijk van de resultaten van de onderzoeken die bij u zijn gedaan, stelt de orthopeed u een bepaalde behandeling voor. Dit kan een niet operatieve behandeling of een operatie zijn.

Niet operatieve behandeling

Medicijnen

De orthopeed start meestal met een niet operatieve behandeling. Dit bestaat uit een kuur pijnstillende tabletten die tevens een anti zwellende werking hebben. Ook wordt u dan verwezen naar de fysiotherapeut om uw schouderfunctie te onderhouden en te verbeteren en de spieren te trainen. Vaak is deze behandeling al ingesteld door uw huisarts.

Injectie

Als deze behandeling geen verbetering heeft gegeven, kan een injectie gegeven worden in de slijmbeurs. Deze injectie bevat een verdovend en/of een ontstekingsremmend middel (corticosteroïden), die ongeveer zes weken werkt. Door het onderdrukken van de ontsteking moeten de geïrriteerde spieren en de slijmbeurs de gelegenheid krijgen te genezen.

Wanneer de ontstekingsremmende middelen, de fysiotherapie en de injecties geen verbetering geven kan de orthopeed een operatie voorstellen.

Operatieve behandeling

Verwijderen van het ontstekingsweefsel

Het doel van deze operatie is het ontstekingsweefsel (onder andere in de slijmbeurs) te verwijderen. Ook wordt de ruimte onder het schouderdak vergroot door een beetje bot weg te halen aan de onderzijde van het schouderdak. Deze operatie wordt subacromiale decompressie of neerplastiek genoemd. De operatie kan zowel via een kijkoperatie als via een ‘gewone’ operatie via een snede worden verricht.

Hechten van een peesscheur

Bij deze operatie wordt de gescheurde pees weer teruggehecht op zijn oorspronkelijke plaats. Bij een kleine scheur kan de orthopeed soms volstaan met een eenvoudige hechting. Als de pees volledig van het bot is afgescheurd, kan de orthopeed een zogeheten botankertje in het bot plaatsen om de pees weer terug te hechten. Behalve het hechten van de pees, wordt er meestal ook meer ruimte gemaakt onder het schouderdak.

Soms is de scheur echter te groot of het weefsel te slecht en kan de orthopeed de scheur niet dicht hechten. Er kan dan blijvend krachtsverlies optreden.

Botanker

Wanneer het gewricht tussen schouderdak en sleutelbeen ook botaangroeiingen vertoont of versleten is, kan er tegelijk een stukje bot verwijderd worden van het uiteinde van het sleutelbeen.

Mogelijke complicaties en risico’s

Zoals bij elke operatie bestaat ook bij een schouderoperatie het risico dat een infectie of nabloeding optreedt. Deze kans is erg klein. Daarnaast kan de schouder na deze operatie verstijven. Om dit te voorkomen krijgt u twee weken na de operatie fysiotherapie.

Voorbereiding op de operatie

Pre-operatieve screening en anesthesie

U wordt geopereerd en bent daarom doorverwezen naar de polikliniek Pre-operatieve screening. Op deze polikliniek bekijkt de anesthesioloog of de operatie voor u extra gezondheidsrisico’s met zich meebrengt. Tijdens dit gesprek bespreken we de verdoving (anesthesie) en pijnstilling met u. We bespreken waarop u moet letten met eten, drinken en roken op de dagen rondom de operatie. Daarnaast spreken we af hoe u op die dagen uw medicijnen gebruikt. Dit geldt ook voor bloedverdunners. Omdat we uw medicijnen willen controleren krijgt u ook een afspraak bij de Apotheek. Zorg dat u tijdens deze afspraak een actueel medicijnen overzicht of medicijnpaspoort bij de hand heeft als u medicijnen gebruikt. Ook vragen we u om bij uw eigen apotheek toestemming te verlenen voor het digitaal delen van de medicatiegegevens.

Ter voorbereiding op deze afspraken vragen we u een vragenlijst in te vullen. Deze vragenlijst staat voor u klaar in MijnCatharina. Het is belangrijk dat u deze vragenlijst zo snel mogelijk invult. Nadat u de vragenlijst heeft ingevuld, plannen wij voor u een afspraak bij de Apotheek en een afspraak bij de polikliniek Pre-operatieve screening. Soms zijn dit telefonische afspraken; soms nodigen we u uit voor een bezoek op de polikliniek. Dit hangt af van de antwoorden op de vragenlijst en de operatie die u krijgt. 

Bij de Apotheek en de polikliniek Pre-operatieve screening kunt u alleen op afspraak terecht.

De Apotheek is telefonisch bereikbaar van maandag t/m vrijdag tussen 09.00 en 16.00 uur via telefoonnummer 040 – 239 87 20.

De polikliniek Pre-operatieve screening is telefonisch bereikbaar van maandag t/m vrijdag tussen 08.00 en 17.00 uur via telefoonnummer 040 – 239 85 01.

Meer informatie over pre-operatieve screening en verdoving vindt u in de folder ‘Anesthesie‘.

Verdoving

Een goede verdoving bij een opera­tie is belangrijk. Deze operatie vindt plaats onder narcose, waarbij u slaapt. Vaak wordt dit gecombineerd met een zogeheten ‘’Interscalenus blok’. Dit is een extra regionale verdoving die er­voor zorgt dat de arm geheel gevoel­loos is. Deze verdoving wordt door middel van een echogeleide injectie vlak voor de operatie gegeven. Door dit pijnblok bent u vaak tot de volgende dag pijnvrij. Aangezien het blok meestal in de nacht uitgewerkt is adviseren we om voor de nacht en in de ochtend de sterkste pijnstiller te gebruiken die voorgeschreven is.

Overige voorbereiding
  • Gebruikt u bloedverdunnende medicijnen? Bespreek dit dan vóór uw opname met uw behandelend arts en/of de anesthesist. Deze medicijnen kunnen tijdens en na de operatie meer bloedverlies geven.
  • Aangezien u na de operatie niet zelf mag autorijden, moet u van tevoren regelen dat iemand u naar huis kan brengen na de operatie.
  • Onthaar het operatiegebied van tevoren niet zelf. Dit kan wondjes of uitslag veroorzaken en een reden zijn om u niet te kunnen opereren. Mocht het nodig zijn om het operatiegebied te ontharen, dan gebeurt dit op de operatiekamer.
  • Smeer uw lichaam de dag voor de operatie niet meer in met bodylotion of andere middelen. Deze middelen verminderen de werkzaamheid van de ontsmettingsmiddelen. 
  • Zorg ervoor dat u voldoende paracetamol en/of ibuprofen in huis hebt, dit krijgt u niet vergoed bij de apotheek.

De opname

Voor deze operatie wordt u opgenomen op de afdeling Kortverblijf & dagverpleging of op de verpleegafdeling Orthopedie. Meestal kunt u dezelfde dag nog naar huis. Afhankelijk van het tijdstip waarop u geopereerd bent, kan het nodig zijn om nog een nachtje te blijven. Meer informatie over de opname vindt u in de folder ‘Informatie over uw opname‘.

Na de operatie

Na de operatie blijft u in de uitslaapruimte (ook wel verkoeverkamer of recovery genoemd) van de operatieafdeling tot u goed wakker bent en alle controles (van onder andere bloeddruk, hartslag, ademhaling en pijn) goed zijn. Een verpleegkundige haalt u op en brengt u terug naar de afdeling. De verpleegkundigen controleren regelmatig uw hartslag, bloeddruk en de wondjes. Na de operatie kunt u pijn hebben en misselijk zijn. Vertel het de verpleegkundigen als u hier last van heeft. Zij kunnen u hiervoor de juiste medicijnen geven.

Na de operatie heeft u een infuus in uw arm. Het infuus zorgt ervoor dat u voldoende vocht krijgt. Het infuus wordt in de loop van de dag/avond verwijderd, als u zelf weer kunt eten en drinken en uw bloeddruk en dergelijke onder controle zijn. Meestal kunt u aan het einde van de middag of ’s avonds weer naar huis.

Als bij u géén scheur in de pees aanwezig was, krijgt u na de operatie een draagband (sling). Deze moet u twee weken overdag dragen om uw schouder rust te geven (zie het hoofdstuk ‘Leefregels’).

Als bij u de pees wél gescheurd is en deze gehecht is tijdens de operatie, dan krijgt u na de operatie een draagdoek  (shoulderimmobiliser) om die u zes weken dag en nacht moet dragen (zie het hoofdstuk ‘Leefregels’).

U krijgt het operatieverslag en de verwijzing voor de fysiotherapie mee. Hierin staan de leefregels die specifiek voor u gelden. Toon dit operatieverslag aan uw fysiotherapeut.

Controle

Circa twee weken na de operatie verwijdert de huisarts uw hechtingen. U dient hiervoor zelf een afspraak te maken met uw huisarts.

Na zeven weken komt u voor een controlebezoek bij de orthopeed.

Leefregels

Het is belangrijk dat u zich na de operatie aan de onderstaande leefregels houdt.

Over het algemeen gelden onderstaande regels. In het operatieverslag staan de regels die specifiek voor u gelden.

Wondverzorging

Als de wond na 48 uur droog is mag u zonder pleister kort douchen. Een pleister is daarna niet meer nodig.

Medicijnen

Na de operatie kunt u paracetamol gebruiken, die u zelf in huis moet halen. De gebruikelijke dosering voor volwassenen is 3 keer per dag 1000 mg. Als het nodig is mag u 1000 mg per dag extra innemen, zodat de maximale dosering voor volwassenen 4000 mg per dag is.
Afhankelijk van uw situatie zal de anesthesioloog nog extra pijnstillende medicijnen voorschrijven. Deze krijgt u mee van de apotheek.

Oefenen

De zaalarts of de verpleegkundig specialist orthopedie legt u tijdens uw opname uit welke oefeningen u thuis moet doen. De eerste twee weken mag u zogeheten ‘pendelbewegingen’ maken. Na de controle krijgt u een verwijzing voor de fysiotherapeut.

Als u een sling heeft

Als u een sling heeft gekregen, draagt u deze alleen overdag. Vier keer per dag haalt u uw arm uit de sling en maakt u de rustige pendelbewegingen die u in het ziekenhuis heeft geleerd. Tijdens de controle bespreekt de verpleegkundig specialist met u wanneer de sling af mag.

Als u een immobilizer heeft

De shoulder-immobiliser moet u zes weken dag en nacht dragen. Overdag moet u vier keer de arm uit de immobilizer halen en de rustige pendelbewegingen maken die u heeft geleerd. U mag uw arm zeker niet naar buiten draaien of boven schouderhoogte opheffen. Tijdens de controle bespreekt de verpleegkundig specialist met u wanneer u met fysiotherapie mag beginnen.

Werken en autorijden

Als de pees niet is gehecht: werkhervatting gaat in principe op geleide van de (pijn)klachten en na overleg met de orthopeed en/of de bedrijfsarts. Werkhervatting is meestal mogelijk na vier weken; dit geldt ook voor autorijden.

  • Als de pees wel is gehecht: werkhervatting gaat in principe op geleide van de (pijn)klachten en na overleg met de orthopeed en/of de bedrijfsarts. Werkhervatting is meestal mogelijk na minimaal zes weken; dit geldt ook voor autorijden.
Sport

Tijdens de controle met de orthopeed kunt u bespreken wanneer u weer mag sporten. Afhankelijk van de sport die u beoefent, mag u hier meestal na ongeveer zes weken weer mee beginnen. Bij een peeshechting is dit meestal wat later.

Wanneer neemt u direct contact op?

U dient contact op te nemen als een van de onderstaande problemen ontstaat:

  • Als de wond gaat lekken.
  • Als de wond rood of dik wordt en/of meer pijn gaat doen.
  • Als u temperatuurverhoging krijgt boven de 38 graden en zich daarbij niet goed voelt.

Tijdens kantooruren belt u naar de polikliniek Orthopedie. Buiten kantooruren kunt u contact opnemen met de Spoedeisende Hulp. De telefoonnummers vindt u onder ‘Contactgegevens’.

Verhinderd

Kunt u niet naar uw afspraak komen? Geef dit dan zo snel mogelijk door aan de polikliniek Orthopedie. Er kan dan een andere patiënt in uw plaats komen.

Opleidingsziekenhuis

Het Catharina Ziekenhuis is een opleidingsziekenhuis. Wij bieden tal van opleidingsmogelijkheden voor artsen, verpleegkundigen en paramedische beroepen en werken daarin nauw samen met opleidingscentra en –ziekenhuizen in de regio. Dit kan betekenen dat uw behandeling, onderzoek of operatie (mede) uitgevoerd wordt door een zorgverlener in opleiding. Denk hierbij aan een arts in opleiding tot specialist, een coassistent of een verpleegkundige in opleiding. Veiligheid is het allerbelangrijkste, daarom staat de zorgverlener in opleiding altijd onder supervisie van een gekwalificeerde zorgverlener. Indien u uitdrukkelijk niet wenst geholpen te worden door een zorgverlener in opleiding, kunt u dit aangeven bij uw behandelend arts.

Vragen

Hebt u na het lezen van deze folder nog vragen? Neem dan contact op met de polikliniek Orthopedie.

Contactgegevens

Catharina Ziekenhuis
040 – 239 91 11
www.catharinaziekenhuis.nl

Spoedeisende Hulp
040 – 239 96 00

Polikliniek Orthopedie
040 – 239 71 80

Routenummer(s) en overige informatie over de afdeling Orthopedie kunt u terugvinden op www.catharinaziekenhuis.nl/orthopedie


© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden