Piet Batenburg: ‘Zonder Betuwelijn was ik geen ziekenhuisbestuurder geworden’
Hoewel Piet Batenburg de pensioengerechtigde leeftijd heeft behaald, denkt hij nog lang niet aan stilzitten. “Het eerste waar je over na moet gaan denken als je met pensioen gaat is; pas je wél, of pas je níet op de kleinkinderen. Want dat domineert je gehele verdere leven”, lacht Piet, “dat was het eerste advies wat ik kreeg van een goede vriend.” Hij hoefde niet lang na te denken over het antwoord. “Er komt meer ruimte voor andere dingen, maar ik ga zeker nog iets doen.”
Piet begon zijn loopbaan als internist in het Zuiderziekenhuis (nu onderdeel van het Maasstad Ziekenhuis) in Rotterdam. In 1992-1993 beet hij zich vast als actievoerder tegen het tracé van de aanleg van de Betuwelijn in zijn woonplaats Barendrecht. Een omslagpunt in zijn carrière, zou later blijken. “Ik weet nog dat mijn buurman aan me vroeg; ‘Piet, ken je de Betuwelijn?’ Die loopt toch door de Betuwe was mijn reactie. Maar nee, deze zou dicht langs mijn huis komen met elke vier minuten een trein. Hoewel alle inspraakprocedures waren verlopen, beet ik me vast in de plannen en richtte de bewonersvereniging ‘Behoud Oost-Barendrecht’ op. Ik was de voorzitter. Dat was een mooie tijd, ik heb zelfs met een olifant op het Binnenhof gestaan met als resultaat een schitterende infrastructurele oplossing. Prachtig”, lacht hij. “Mijn spreekuren in het ziekenhuis liepen standaard uit, want mijn patiënten wilden uit de eerste hand alle verhalen horen. De Betuwelijn zorgde ervoor dat het vlammetje als bestuurder aanwakkerde. Ik merkte dat ik uitdaging nodig had, het oplossen van complexe vraagstukken. Ik durf wel te zeggen dat zonder de Betuwelijn ik nooit ziekenhuisbestuurder was geworden. Daarna werd Piet stafvoorzitter in een ziekenhuis waar zich veel veranderingen voltrokken. ”In die tijd heb ik een van mijn belangrijkste levenslessen geleerd die ik later tijdens mijn bestuursperiodes veelvuldig heb uitgedragen. ‘Als je ziet dat je iets niet kan tegenhouden, staak het verzet, ga mee bewegen en richt je op de dingen die echt belangrijk zijn om vast te houden.’
Ontslagbrief
In 2000 verruilde Piet definitief zijn witte jas voor een kostuum en werd hij bestuurder van het St. Franciscus Gasthuis in Rotterdam. “Ik werd gevraagd voor de functie. Ik weet nog dat ik direct aangaf dat dit niet voor mijn hele werkzame leven zou zijn en dat ik via de voordeur zou vertrekken. Nou, zo is het ook gegaan, mijn toenmalige secretaresse dicteerde ik mijn ontslagbrief. Dat had ze in 40 jaar nog nooit meegemaakt”, lacht hij, “want de meeste bestuurders bleven hun hele leven werken in dat ziekenhuis.”
Leeuwenkuil
De reden van zijn vertrek in 2008; het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven. Een uitdaging. “Ik had inmiddels acht jaar ervaring als bestuurder opgedaan en in de medische wereld had het Catharina Ziekenhuis medisch inhoudelijk een goede naam, maar diverse collega’s waarschuwden me dat er bestuurlijk een behoorlijke kluif te wachten stond. “Je gaat naar de leeuwenkuil”, zeiden ze. Daar heb ik me echter nooit druk om gemaakt, ik hou wel van complexiteit en uitdaging. De reputatie van het Catharina Ziekenhuis trok me. En ook niet geheel onbelangrijk, thuis hadden mijn vrouw en ik de kaart van Nederland al meermalen op tafel gehad als er een eventuele uitdaging op mijn pad zou komen, waar we dan wel en waar we niet naartoe wilden. Eindhoven viel nog nét in het positieve gebied”, lacht hij. “Maar het was wel een dingetje, verhuizen van Zuid-Holland naar Brabant. We hadden echter nooit kunnen bevroeden dat we hier met zoveel plezier zouden werken en wonen. We hebben ons altijd thuis gevoeld. En we blijven hier dan ook wonen.”
Goed management
Het Catharina Ziekenhuis stond bij zijn overstap bekend als een moeilijk te managen ziekenhuis. Ik herinner mij dat ik tegen de specialisten zei: ’een ziekenhuis heeft niet alleen goede specialisten nodig, maar ook goede managers die jullie tegenspreken als daar reden voor is’. We hebben de organisatie gewijzigd, de structuur van resultaatverantwoordelijke eenheden ingevoerd, waarbij de kwaliteit van het management en de onderlinge samenwerking sterk is verbeterd. Medisch specialisten worden actief betrokken bij de besturing. Ja, we hebben heel wat hobbels genomen en dat had natuurlijk ook voor een aantal medewerkers grote gevolgen. Maar het heeft ons geen windeieren gelegd. De organisatiestructuur, het fundament dat twaalf jaar geleden is gestort, heeft tot op heden niet ter discussie gestaan. Het heeft ons gebracht tot waar en wie we nu zijn. Een zeer specialistisch ziekenhuis, met een goede naam binnen heel Nederland en ver daarbuiten. En we zijn gastvrij geworden, zoals het een Brabants ziekenhuis betaamt. Dat is waar ik overall met een zeer tevreden gevoel op terugkijk.”
Trots
“Trots ben ik op het Eindhoven MedTech Innovation Center e/MTIC, waar het Catharina Ziekenhuis, Maxima Medisch Centrum, Kempenhaeghe, Philips en de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) samenwerken op het gebied van onderzoek. Veel mensen beseffen niet hoe bijzonder de Brainportregio is om in te werken. Toen ik hier kwam was het nog niet gewoon voor de TU/e om met de regionale ziekenhuizen intensief samen te werken op het gebied van onderzoek. Door de regionale samenwerking van een aantal specialisten en hoogleraren van de TU/e is dat op gang gekomen. Nu is Health één van de drie focusgebieden van de TU/e, doet Philips zestig procent van de strategische research met de TU/e en zijn de drie klinische partners de plek voor toegepast klinisch wetenschappelijk onderzoek. Ik ben trots dat ik hier een aandeel in heb gehad. Want om de zorg voor de toekomst betaalbaar te houden, is samenwerken de sleutel”, benadrukt Piet.
Werk en privé
Werk en privé kon Piet al die jaren prima gescheiden houden. “Ik tobde nooit over het werk thuis. Natuurlijk zijn er de afgelopen twaalf jaar situaties geweest die ik me persoonlijk heb aangetrokken. Ik vond het lastig als dingen op de man werden gespeeld. En ook is niet alles goed gegaan. Er zijn zeker dingen die ik achteraf anders had moeten doen. Maar mijn intenties waren altijd integer en ik ben nooit weggelopen voor mijn verantwoordelijkheden.”
Hij geeft het stokje met een gerust hart over. Nog een goeie tip voor je opvolger? “Over leiderschap heb ik geleerd: ‘Een succesvolle bestuurder heeft een visie vanuit zijn eigen identiteit die hij deelt met anderen’. En ‘een goede bestuurder heeft in moeilijke omstandigheden 10% meer moed dan de rest. Maar ik hoop vooral dat alle mensen binnen het Catharina Ziekenhuis zich blijven realiseren wat voor uniek ziekenhuis we zijn en dat we die eigenheid moeten proberen vast te houden. En ja, er zullen onder andere door COVID-19, moeilijke jaren komen omdat er minder geld beschikbaar komt, maar ik hoop dat het ziekenhuis sterk blijft koersen op profilering van de complexe zorg.”