Meer tijd voor kleinkinderen, tractor én onderzoek

Dat prof. dr. Erik Korsten ruim veertig jaar geleden anesthesioloog-intensivist werd, lag niet voor de hand. Als kind was hij vooral in de weer met soldeerbouten. Toch hebben de anesthesie en de techniek volgens hem veel overeenkomsten. Van zijn werkzaamheden op de operatiekamers en Intensive Care neemt hij vandaag afscheid. Hij richt zich nu volledig op het doen van onderzoek.

Prof. dr. Erik Korsten houdt niet van stilzitten, hij houdt er nu maar liefst drie deeltijdbanen van één dag op na: als deeltijd hoogleraar bij de TU/e, als onderzoeker verbonden aan Philips én als onderzoeker bij het Catharina Ziekenhuis. “En gelukkig heb ik nu ook meer tijd voor mijn kleinkinderen. Ik heb ook een stukje land in Limburg waar ik een beetje hobby, beetje op een tractor rondrijden.”

>Koninklijke onderscheiding voor Erik Korsten!

ICT-man

In zijn rol als onderzoeker in het Catharina Ziekenhuis kan hij volop tijd besteden aan zijn grote passie: de ICT. “Ik ben altijd een ICT-man geweest. Gelukkig heb ik in dit ziekenhuis ook altijd de ruimte gekregen om onderzoek te doen. Toen ik hier in 1983 kwam werken, vonden de andere specialisten het ook een pluspunt dat ik bezig was met mijn proefschrift. Volgens mij was ik destijds de eerste promoverende anesthesioloog.”

Naar psycholoog

Dat Korsten geneeskunde ging studeren, was trouwens geen uitgemaakte zaak. “Toen ik dat mijn vader vertelde, liet hij me door een psycholoog testen of dit wel een goede keuze zou zijn. Ik was vroeger namelijk alleen maar bezig met elektrotechniek. Maar anesthesie is eigenlijk ook een vorm van signaalverwerking. Ik kan nu heel goed de vertaalslag maken van een medisch probleem naar een technische oplossing.” En uiteindelijk viel de appel niet ver van de boom: “Mijn oom en tante waren allebei anesthesioloog.” De voormalig anesthesioloog vindt het mooi om collega’s uit andere disciplines enthousiast te maken voor onderzoek. Een voorbeeld waar hij graag aan terugdenkt: samen met klinisch geriater Carolien van der Linden ontwikkelde hij een computersysteem dat voorkomt dat patiënten die vanwege bijwerkingen gestopt zijn met een medicijn toch opnieuw hetzelfde medicijn voorgeschreven krijgen.

Echogeleid prikken

De afgelopen jaren heeft Korsten zijn vak natuurlijk zien veranderen. En daar heeft hij zelf ook zijn steentje aan bijdragen. “Trots vind ik daarvoor niet het goede woord, er is ook onderzoek niet gelukt. Ik ben wel trots dat ik veel jonge wetenschappers van verschillende vakgroepen heb mogen begeleiden bij hun promotieonderzoek.”

Doorbraak

Belangrijke ontwikkelingen zijn volgens Korsten vooral op gebied van beeldvorming, echogeleid prikken en veiligheid. Met de verbeterde beeldvorming kan er bijvoorbeeld echogeleid een infuus worden geprikt. “Aan de hand van de echobeelden kunnen we dan zien of een infuus op de juiste plek is geprikt, al moeten we nog stappen maken om de techniek verder te verbeteren. Ook ontwikkelde Korsten samen met de TU/e een speciaal computerprogramma (Gaston) dat in het elektronisch patiëntendossier automatisch waarschuwingen afgeeft als een bepaalde behandeling of medicijn in strijd is met de richtlijnen. Een andere mooie doorbraak: samen met arts-onderzoeker Ashley de Bie een systeem om altijd actuele richtlijnen te tonen die gelden voor de individuele patiënt: op het juiste moment op de juiste plek: Tracebook.

“We controleren nu bijvoorbeeld altijd welke medicatie een patiënt op papier krijgt en of dat past binnen de richtlijnen. Maar we weten dan nog niet of die patiënt zijn medicijnen of onderzoeken en behandelingen ook daadwerkelijk krijgt, of juist niet, ook thuis. Dat is de volgende stap. Ik hoop dat ik daarbij de komende jaren van waarde kan zijn.”


© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden