Levensechte simulatie: verpleegkundigen aan de knoppen bij plaatsen stent
Cardiologen en hartchirurgen kunnen in het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven complexe operaties trainen op levensechte simulatoren in het SkillsLab. Zo leren ze hoe ze moeten handelen bij levensbedreigende situaties of complexe complicaties. Maar het zijn niet alleen de medisch specialisten voor wie de deuren van die oefenruimte opengaan. Een paar keer per jaar is het de beurt aan verpleegkundigen van hartkatheterisatiekamers (HCK) uit het hele land om te laten zien wat ze in huis hebben en om hun kennis bij te spijkeren. Uiteraard inclusief katheterisatie, dotteren én stents plaatsen.
Simulatieonderwijs wordt als educatievorm in de toekomst steeds belangrijker. Dat piloten eindeloos trainen in een simulator, dat weet iedereen inmiddels wel, maar het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven is de enige plek in het land waar ingrepen als het plaatsen van een nieuwe hartklep, dotterbehandelingen, stentplaatsingen in de kransslagaders in het hart, katheterbehandelingen van hartritmestoornissen en het plaatsten van een pacemaker of inwendige defibrillator kunnen worden geoefend.
Dat die trainingen er óók zijn voor verpleegkundigen is niet voor niks, zegt interventiecardioloog Pim Tonino. “Je ziet dat verpleegkundigen op de HCK steeds meer verantwoordelijkheden krijgen. Er wordt steeds meer van ze gevraagd. Ook als het gaat over kennis van moderne technieken en verschillen in materialen. In vergelijking met tien jaar geleden is er zo veel meer beschikbaar, dat het goed is dat iedereen bij een operatie zoveel mogelijk kennis in huis heeft én mee durft te denken. Zo verbeter je écht de operatie.”
Leren in de waan van de dag
Tonino geeft de tweedaagse cursus samen met collega-interventiecardioloog Koen Teeuwen. “Normaal gesproken leer je dit vak tijdens de waan van de dag. Als verpleegkundige kijk je mee. Af en toe mag je wat vasthouden en aangeven en zo groei je langzaam”, beschrijft Teeuwen. “Maar in de dagelijkse praktijk is er niet altijd tijd om stil te staan bij bepaalde problemen. Hier kan dat wel en kunnen we uitgebreid discussiëren en vragen bespreken. Deze patiënt klaagt niet als je een paar keer opnieuw probeert een katheter te plaatsen of als er een halfuurtje niks gebeurt.”
In de dagelijkse praktijk is er niet altijd tijd om stil te staan bij bepaalde problemen. Hier kan dat wel en kunnen we uitgebreid discussiëren en vragen bespreken.
Na een paar uur theoretische kennis bijschaven en discussiëren over de verschillen tijdens operaties in de ziekenhuizen waar de vijftien verpleegkundigen vandaan komen, is het tijd om écht met de plastic patiënten aan de slag te gaan. Aike Hermsen, interventieverpleegkundige in opleiding (i.o.) van het Radboudumc in Nijmegen staat met interventieverpleegkundige i.o. Anouk Erckens van het Maastricht UMC+ als eerste aan de knoppen. “Patiënt, man, 60 jaar, last van pijn op de borst bij het fietsen. Dat komt steeds vaker terug”, schetst Tonino de casus. “Zeg maar wat jullie willen doen en nodig hebben”, zegt de cardioloog.
Onder toeziend oog van Tonino kiest het duo materialen, wordt een katheter aangelegd, halen ze de vernauwing uit het bloedvat, krijgt de patiënt het juiste formaat stent en wordt tijdig ingegrepen als de bloeddruk van de virtuele zestiger plots flink daalt. Operatie geslaagd.

Hier krijg je feeling door
“De eerste keer dat ik zelf steriel stond in een HCK was meteen bij een echte patiënt”, zegt Hermens. “Van de cardioloog mocht ik de guidewire inbrengen tot aan de aortaklep. Dat was spannend. Dan denk je steeds dat je er bent, maar toen zei hij: ‘Je bent de katheter nog niet uit’. Met zo’n training krijg je toch net wat meer feeling, zeker als er een specialist bij staat die rustig de tijd neemt om alles uit te leggen. Deze patiënt wacht wel.”
Juist die tijd om uitgebreid casussen te bespreken vindt Hermsen fijn tijdens de tweedaagse cursus. “Tijdens een behandeling in het ziekenhuis schieten er ook vragen door je hoofd, maar als het klaar is, dan komt de volgende patiënt alweer. Tussendoor is er soms tijd om even terug te blikken, maar lang niet altijd.”
Wat ze uiteindelijk mee terugneemt naar de operatiekamer? “Ik denk dat ik daar straks wel meer durf te zeggen. De cultuur is gelukkig redelijk open. Dus als er discussie is over welke materialen we moeten gebruiken, durf ik daar wel iets over te zeggen.”
Die mening deelt Kaja Snoeren, interventieverpleegkundige i.o. van het MUMC+. “Als ik samen met de cardioloog aan tafel sta en beelden van de vaten zie, dan weet ik nu beter wat er moet gebeuren en hoe ik kan assisteren. Ik denk dat ik zo beter kan anticiperen op wat nodig is en wat komen gaat.”
Snoeren vindt het vooral fijn dat het twee cardiologen zijn die de cursisten uitgebreid helpen en assisteren. “Normaal gesproken wordt scholing voor verpleegkundigen gegeven door verpleegkundigen. Dit is toch anders. Zo komt informatie die je al eens gehoord hebt op een andere manier voorbij én er was alle tijd om dingen te bespreken.”
Leerzame ervaring
Dan nog even terug naar de simulatoren: Voelen die een beetje echt aan? Of is het toch een computerspel? Snoeren: “Het voelt behoorlijk echt aan. Zeker als je eenmaal bezig bent. De besturing en knoppen zijn hetzelfde als aan een echte operatietafel en je werkt met je voeten en je handen, terwijl je ogen naar het scherm kijken. Dan vergeet je snel dat het niet echt is. Het is heel leerzaam om dat een keer te ervaren.”
De besturing en knoppen zijn hetzelfde als aan een echte operatietafel en je werkt met je voeten en je handen, terwijl je ogen naar het scherm kijken. Dan vergeet je snel dat het niet echt is.
Hermans: “Simulatieonderwijs is bij de opleiding al steeds groter geworden. Je wil het heel erg goed doen en daarom moet je ook vooral denken dat het echt is. Als je een paar minuten bezig bent, dan heb je dat gevoel ook echt. Het is bijna echt.”
Cardioloog Teeuwen onderschrijft dat. “De druk van werken met een levende patiënt is het enige dat ontbreekt. Dat kun je niet simuleren, maar al het andere komt dicht in de buurt van de werkelijkheid. Ook op dat gebied zie je grote ontwikkelingen. Die simulatoren worden steeds beter.”
Vaardigheden perfectioneren
De simulatoren zijn afkomstig van Medtronic, dat samen met de artsen van het Catharina Ziekenhuis de trainingen verzorgt. “Het is heel erg fijn dat we deze simulatoren kunnen gebruiken om chirurgische vaardigheden te perfectioneren en verpleegkundigen te kunnen laten ervaren hoe het in de praktijk werkt”, zegt Tonino.
“Natuurlijk is geen patiënt, en dus geen operatie, hetzelfde, maar een groot deel van de handelingen is dat wel en dat zijn juist zaken die je heel goed kunt trainen voordat je het in de praktijk toepast. En ook het trainen van omgaan met complicaties is van grote meerwaarde; als je zo’n complexe situatie later in het echt tegenkomt, kan de simulatortraining je meer vertrouwen en richting geven.”
Als je zo’n complexe situatie later in het echt tegenkomt, kan de simulatortraining je meer vertrouwen en richting geven
Na twee dagen theorie, katheters aanleggen, dotteren en stents zetten, kunnen de cursisten met een hoofd vol nieuwe kennis en flink wat praktijkinzichten terug naar hun eigen ziekenhuis. Stuk voor stuk zeggen ze dat ze mondiger zijn geworden en meer willen en durven mee te denken bij een operatie. Tot vreugde van Teeuwen en Tonino. “Hoe groter de kennis van iedereen bij een operatie is, hoe beter de keuzes die gemaakt worden. Uiteindelijk verbeter je daardoor de hele behandeling van de patiënt. Daar gaat het uiteindelijk om.”