Minder okselingrepen bij borstkanker: kan de schildwachtklierprocedure achterwege blijven?

 Stel: u heeft borstkanker en hoort dat een operatie in de oksel misschien niet meer nodig is. Dat klinkt goed, want elke ingreep minder, verkleint de kans op complicaties en bijwerkingen. De resultaten van een tweetal studies uit Duitsland en Italië tonen aan dat dit veilig is voor bepaalde groepen borstkankerpatiënten. Het Catharina Ziekenhuis heeft samen met de andere acht ziekenhuizen in zuidoost Nederland het voortouw genomen om deze resultaten ook in de Nederlandse praktijk toe te passen.

Bij de behandeling van borstkanker wordt in Nederland bijna altijd een schildwachtklierprocedure gedaan. Daarbij verwijdert de chirurg één of meerdere lymfeklieren in de oksel om te bekijken of de kanker zich wel of niet naar de lymfeklieren heeft verspreid. Uit nieuw onderzoek blijkt dat deze operatie bij sommige vrouwen van boven de zeventig niet meer nodig is. Mogelijk is die groep patiënten nog veel groter.

In Duitsland en Italië zijn grote onderzoeken gedaan onder duizenden vrouwen met kleine borstkankertumoren. De vrouwen hadden geen verdachte lymfeklieren op echo en kregen allemaal een borstsparende operatie. De helft kreeg wél een schildwachtklieroperatie, de andere helft niet.

Na vijf jaar bleek dat de overlevingskansen gelijk waren. Ook kregen vrouwen zonder operatie minder vaak last van klachten als een dikke arm (lymfoedeem) of pijn bij bewegen. Dat is belangrijk, want deze klachten kunnen het dagelijks leven flink beïnvloeden.

Kan het veilig?

Volgens chirurg Robert-Jan Schipper van het Catharina Ziekenhuis is dit hoopgevend nieuws. “De studies laten zien dat bij hormoongevoelige tumoren het weglaten van de schildwachtklierprocedure in veel gevallen veilig is. De kans op terugkeer van de ziekte in de oksel is zeer klein, zeker als vrouwen ook hormoontherapie krijgen.”

Toch wordt in Nederland nog bijna altijd de schildwachtklier verwijderd. “Dat komt doordat we hier andere behandelgewoonten hebben. In de buitenlandse studies kregen bijna alle vrouwen na hun operatie antihormoontherapie, iets wat in Nederland minder vaak wordt gegeven. Die therapie verkleint de kans op terugkeer van kanker”, zegt Schipper. “Zonder die therapie is het risico mogelijk net iets hoger. Dat maakt artsen hier terughoudender.”

De studies laten zien dat bij hormoongevoelige tumoren het weglaten van de schildwachtklierprocedure in veel gevallen veilig is.

Ook de manier van bestralen speelt een rol. Vroeger werd standaard de hele borst bestraald. Tegenwoordig kiezen artsen vaker voor een gedeeltelijke bestraling. Schipper: “Die bestraling raakt dan misschien niet meer automatisch de oksel, waar nog kankercellen kunnen zitten. Dat moet je dus meewegen.”

Bij wie kan het achterwege blijven?

Op basis van de Duitse en Italiaanse studie is het duidelijk dat bij een deel van de borstkankerpatiënten de schildwachtklierprocedure veilig achterwege gelaten kan worden. In het najaar van 2025 worden de resultaten bekend van een soort gelijke Nederlandse studie.

“Als die resultaten ook gunstig blijken te zijn, dan kunnen we bij een veel grotere groep patiënten de schilwachtklier procedure veilig overslaan: bij patiënten met tumoren tot 5 centimeter, die geen verdachte lymfeklieren in de oksel hebben op echo of bij lichamelijk onderzoek.”

De eerdere studies hebben al laten zien dat er minder complicaties en bijwerkingen optreden als de oksel niet geopereerd wordt. “We weten dus dat minder opereren minder klachten geeft. Maar om zeker te weten dat het echt veilig is om die operatie achterwege te laten, moeten we voor een deel van de patiënten nog de Nederlandse studieresultaten afwachten. Daarom is deze studie zo belangrijk.”

Op dit moment is er in het samenwerkingsverband Oncozon al afgesproken om de schildwachtklierprocedure bij vrouwen van 70 jaar of ouder in sommige gevallen over te slaan. Het gaat dan om kleine, langzaam groeiende tumoren die gevoelig zijn voor hormonen. In Nederland zou het uiteindelijk om zo’n 2200 vrouwen per jaar kunnen gaan.

Volgens Schipper is het belangrijk dat patiënten hierover goed worden geïnformeerd. “Uiteindelijk willen we behandelingen die veilig zijn én zo min mogelijk schade geven. Minder operatie betekent vaak een betere kwaliteit van leven. Maar we doen dit stap voor stap, op basis van wetenschappelijk bewijs.”

De verwachting is dat aan het eind van dit jaar de Nederlandse studie (BOOG-2013-08) met resultaten komt. Schipper verwacht behalve gezondheidswinst ook een forse besparing in de zorgkosten: ruim drie miljoen euro per jaar. “Maar het allerbelangrijkste blijft de patiënt”, zegt de chirurg. “Voor hen moet het absoluut veilig zijn én een betere kwaliteit van leven opleveren.”

De acht deelnemende ziekenhuizen zijn naast het Catharina Ziekenhuis het Anna Ziekenhuis, het Elkerliek Ziekenenhuis, het Laurentius, Maastricht UMC+, Maastro, Máxima MC, SJG Weert, VieCuri Medisch Centrum en het Zuyderland. 

Chirurg en onderzoeker Robert-Jan Schipper

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


© 2025 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden