Onderzoek toont aan dat koelen bij dotteren écht geen effect heeft

Eindhoven | Helpt het om bij een dotterbehandeling het hart te koelen om zo schade te voorkomen? Uit het promotieonderzoek van cardioloog Mohamed El Farissi blijkt van niet. Daarmee is er eindelijk een sluitend antwoord op een vraagstuk dat de medische wereld lang in zijn greep hield. 

“Het leek logisch, want bij tal van andere ziektebeelden helpt koelen wel om schade tegen te gaan.” Het onderzoek van El Farissi opent wel tal van mogelijkheden voor andere onderzoekers, mede door een innovatieve ontwikkeling uit het Catharina Ziekenhuis. Daarover later meer in dit artikel.

Sinds dotteren bij een hartinfarct een standaardbehandeling is geworden, is de overlevingskans voor patiënten enorm verbeterd. “Daar krijg je wel voor terug dat er veel patiënten zijn die later in het leven hartfalen oplopen door de schade van dat hartinfarct”, zegt El Farissi, die op 1 maart promoveerde aan de TU/Eindhoven. “Deze patiënten hebben een slechte conditie, kunnen hartritmestoornissen krijgen en vocht vasthouden achter de longen en in de benen. Hoe groter de schade aan het hart, hoe groter de kans dat een van die complicaties optreedt. Logisch ook. Als een deel van de hartspier littekenweefsel wordt, gaat dat ten koste van de pompkracht.”

Mohamed El Farissi. Foto: Catharina Ziekenhuis

Dan komt het op de juiste plek terecht en nergens anders in het lichaam. Binnen veertig seconden is die ene plek vijf graden kouder.

Slechts gedeelte afkoelen

Bij patiënten die een acuut hartinfarct doormaken, dreigt een deel van het hartspierweefsel af te sterven. Om dat tegen te gaan, wordt tijdens het dotteren de vernauwing van een kransslagader zo snel mogelijk opengemaakt. Maar zodra het warme bloed weer gaat stromen, zorgt dat ook voor extra schade aan de hartspier. De hartspiercellen zwellen op en drukken daardoor de eigen haarvaten dicht. Dat zorgt voor onherstelbare schade. Er is nog geen behandeling mogelijk om die zogenoemde reperfusieschade tegen te gaan.

El Farissi: “Er is op verschillende manieren geprobeerd om de schade tegen te gaan met koeling. Bij patiënten werd in eerste instantie de temperatuur van het hele lichaam teruggebracht tot 32 graden. Dat is niet prettig voor hen. Ze ervaren veel bijwerkingen met onder meer oncontroleerbaar rillen van het lichaam. Bovendien kost het veel tijd om het hele lichaam te koelen voor iets wat zich in een gedeelte van het hart afspeelt.”

Daarom ontwikkelde het Catharina Ziekenhuis een methode om slechts een gedeelte van het hart te koelen: de plek achter de vernauwing van het bloedvat. “Met een speciale katheter kun je infuusvloeistof achter de afsluiting van het bloedvat druppelen. Dan komt het op de juiste plek terecht en nergens anders in het lichaam. Binnen veertig seconden is die ene plek vijf graden kouder.”

‘Voor eens en voor altijd duidelijk’

Voor zijn promotie zette El Farissi een Europees onderzoek op in acht grote ziekenhuizen om voor eens en altijd te kijken of koeling, via de nieuwe techniek, werkt om de schade van een hartinfarct te verminderen. Daarvoor kreeg één groep patiënten de standaardbehandeling en een andere groep de standaardbehandeling met koeling. “In totaal ging het om tweehonderd mensen met een groot hartinfarct. Daaruit komt naar voren dat koeling niet beter is dan de standaardbehandeling zonder koeling. Dankzij de omvang van het onderzoek is dat nu voor eens en altijd duidelijk.”

Het onderzoek, en vooral de methode waarop dat uitgevoerd is, opent volgens El Farissi wel volop deuren voor vervolgonderzoek. “De methode om de gekoelde infuusvloeistof in het hart te druppelen kun je ook gebruiken om medicijnen toe te dienen. Zo kun je medicijnen en behandelingen toedienen, rechtstreeks in het infarctgebied zonder dat die eerst door het hele lichaam moet om in het hart terecht te komen. Nu kunnen onderzoekers op een veilige en verantwoorde manier injecteren achter de verstopping van het bloedvat.”


© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden