ERAS bij Pancreas chirurgie (PPPD/Whipple) (Folder)

Urologie
Michelangelolaan 2
5623 EJ Eindhoven

040 - 239 91 11
Catharina een Santeon ziekenhuis

ERAS bij Pancreas chirurgie (PPPD/Whipple) (Folder)

Doel van ERAS

U wordt binnenkort opgenomen voor een operatie aan de alvleesklier. Rondom deze operatie wordt het ERAS-programma toegepast. Dit programma bestaat uit een aantal zorgelementen die ervoor zorgen dat u na de operatie beter en daardoor sneller herstelt. ERAS is een afkorting van de Engelse woorden: Enhanced Recovery After Surgery. Dit betekent letterlijk: verbeterd herstel na operatie. De laatste jaren is er veel onderzoek gedaan naar de factoren die invloed hebben op het herstel na een operatie. Daaruit blijkt uw herstel na de operatie verbeterd te kunnen worden door:

Goede voorbereiding voor de operatie:

  • Informatieverstrekking; als u weet wat er gaat gebeuren en wat er van u verwacht wordt, levert dit minder spanning en angst op.
  • Zo goed mogelijke conditie voor de operatie: 1x per dag 30 minuten stevig wandelen of fietsen
  • Stoppen met roken: Het is belangrijk om zo snel mogelijk te stoppen met roken i.v.m. risico op complicaties na de operatie. Indien het voor uw situatie kan, zou 6 weken stoppen met roken voor de operatie het beste zijn. Mocht dit niet kunnen omdat de operatie sneller is gepland, dan is elke week dat u stopt beter voor u.
  • Stoppen met alcohol: Stoppen met alcohol tenminste 6 weken voorafgaand aan de operatie verkleint het risico op infecties na de operatie.
  • Goede voeding tot aan operatie: Ondervoeding en/of gewichtsverlies voorafgaand aan de operatie vergroot het risico op complicaties na de operatie.
  • Een optimale pijnbestrijding. Niet alleen de pijn wordt effectief bestreden, maar ook de nadelige effecten van pijnbestrijding op maag- en darmwerking worden zo klein mogelijk gehouden.
  • Een zo kort mogelijke periode van bedrust, zodat we samen met u het verlies van spierkracht beperken en de ademhaling stimuleren.
  • Een zo kort mogelijke periode van voedselonthouding (“nuchter zijn”), zodat u zo min mogelijk gewicht verliest en daarmee zo min mogelijk spiermassa en spierkracht kwijtraakt.

Het is belangrijk dat uw algehele conditie vóór de operatie zo goed mogelijk is. Daarnaast bepaalt vooral de uitgebreidheid en complexiteit van de operatie hoe snel u herstelt. Als alles voorspoedig verloopt, mag u op de vijfde tot de achtste dag na de operatie naar huis. Soms wijkt dit af en kan de opname duur korter of langer zijn.  

Opname

U wordt de ochtend van de operatie om 7u nuchter opgenomen via de afdeling Kortverblijf, u krijgt hier een oproep voor. Neem gemakkelijke kleding/pyjama’s, uw gewone kleding en stevige schoenen mee naar het ziekenhuis. Indien u thuis een loophulpmiddel gebruikt neem deze dan mee en gebruik deze tijdens de opname. Na de ingreep gaat u mogelijk naar de IC, hiervoor mag u een tasje klaar maken met de spullen die u daar nodig zal hebben (toiletspullen, slippers/sloffen etc). Uw persoonlijke eigendommen worden in een blauwe transport koffer opgeborgen, een medewerker van Kortverblijf brengt deze naar afdeling oncologische chirurgie.

Neem uw eigen medicatie mee naar de opname. Zo weten we zeker dat we u alle medicatie kunnen geven voor de operatie zoals dit met de anesthesist is afgesproken. De arts van de chirurgie zal zorgen dat uw medicatie juist in het elektronisch patiëntendossier komt te staan. Indien u nog bijzonderheden en/of vragen heeft geef dit dan aan bij de verpleegkundige.

Voorafgaand aan de operatie gaat u injecties krijgen die een remmende werking hebben op de aanmaak van alvleeskliersappen. Deze medicatie verkleint de kans op het lekken van alvleeskliersappen in de buik na de operatie. Dit kan in twee verschillende soorten medicatie zijn; Lanreotide óf Octreotide.

Indien Lanreotide staat voorgeschreven moet u de avond voor de operatie eenmalig een injectie Lanreotide zetten.

Indien Octreotide staat voorgeschreven dient u deze thuis in de avond voor de operatie toe te dienen en wordt in de ochtend van de operatie op kortverblijf herhaald. Gedurende de opname krijgt u deze drie keer per dag voor gedurende een week. U hoeft deze dus niet zelf te spuiten.

Mocht u zelf niet in staat bent om de injectie te zetten kunt u eventueel ook uw huisartsenpraktijk vragen.

Ook wordt er voor de operatie gevraagd of u tijdens de opname gereanimeerd wil worden of niet indien dit nodig blijkt. Dit kan een lastige en beladen vraag zijn. Het is goed om hier al over na te denken voor de opname. Zie ook de folder “afspraken maken over uw behandelgrenzen” op de website van het Catharina ziekenhuis. Indien u hier vragen over heeft mag u deze uiteraard ook altijd stellen.

U moet nuchter zijn vanaf 00.00 uur de avond voor de operatie. Dit houdt in dat u niet meer mag eten, drinken of roken. Wel krijgt u twee flesjes Pre-OP mee naar huis welke u de ochtend van de operatie beide mag drinken (voor 6.00 uur). De pre-op zorgt ervoor dat de darm ondanks geen eten toch gevoed blijft. Lang nuchter zijn heeft namelijk ook nadelen, onder andere dat het misselijkheid na de operatie verergert.

Mogelijk wordt er nog bloed geprikt voor de operatie. Vanuit de afdeling Kortverblijf wordt u naar de operatiekamers gebracht.

Na de operatie belt de chirurg uw 1e contactpersoon en gaat u naar de uitslaapkamer (recovery). Afhankelijk van uw situatie gaat u hierna naar de verpleegafdeling Chirurgische Oncologie (040-239 75 00, routenummer 457) of naar de Intensive Care (040-239 95 00, routenummer 348). De chirurg besluit in samenspraak met de anesthesist waar u na de operatie heen gaat.

Na de operatie

De eerste dagen na de operatie heeft u verschillende ‘lijnen’:

  • Een groter infuus in de hals
    Deze mag er op de afdeling meestal snel uitgehaald worden. Soms blijft het infuus wat langer zitten om bijvoorbeeld meer vocht of eventueel voeding via het infuus toe te kunnen dienen
  • Een ‘normaal’ infuus in de arm
    Deze gebruiken we de eerste dagen om uw pijnstilling toe te dienen en om u extra vocht te geven.
  • Een blaaskatheter
    Deze mag er op de afdeling vaak snel uit.
  • Een of twee wonddrains
    De drains worden altijd pas na overleg met de chirurg verwijderd.
  • Mogelijk een maaghevel

Een maaghevel is een slangetje dat via de neus wordt ingebracht en eindigt in de maag. Aan dit slangetje kan een opvangzak bevestigd zijn, zo kan de inhoud van de maag aflopen.

  • Pijnstilling
    • Elastomeerpomp
      Dit is een dun slangetje welke tijdens de operatie wordt geplaatst in het wondgebied. Over dit slangetje krijgt u de eerste 2 a 3 dagen continue pijnstilling waardoor het wondgebied lokaal wordt verdoofd.
    • Paracetamol tabletten
      Deze krijgt u 3 tot 4 keer per dag 2 stuks. Dit is altijd de basis aan pijnstilling en wordt ook pas als laatste gestopt.
    • Pijnstilling via het infuus

Via het infuus krijgt u drie keer per dag metamizol, dit is een soort ibuprofen.

Het is belangrijk dat u goed aangeeft na de operatie hoe u de pijn ervaart, hiervoor vragen wij om een pijnscore tussen de 0 en de 10. U geeft een 0 aan wanneer u geen pijnklachten ervaart en een 10 wanneer het de ergste pijn is die u zich voor kan stellen. Boven de 4 is de pijn niet comfortabel en heeft u extra pijnstilling nodig. Het is belangrijk dat u genoeg pijnstillers krijgt. Wanneer de pijn te erg is kan dit uw slaap verstoren of er voor zorgen dat u minder gaat bewegen en niet goed door kan ademen. Wanneer we te veel pijnstilling geven kan u last krijgen van verschillende bijwerkingen zoals obstipatie.

 De eerste dagen na de operatie wordt er bloed geprikt, zo kunnen we de ontstekingswaarden goed in de gaten houden. Ook wordt het wondvocht uit de drain(s) iedere dag op onderzoek weggestuurd. Al deze onderzoeken dienen er voor om mogelijke complicaties zo vroeg mogelijk op te sporen. Indien er dan toch sprake is van een complicatie kan deze tijdig worden behandeld en zal hierdoor ook minder problemen opleveren.

Na de operatie zal u grotendeels uw eigen medicatie weer innemen, de artsen kijken welke medicatie u wel en niet mag gebruiken. U krijgt na de operatie alle medicatie van de afdeling. Dit om te voorkomen dat er medicatie dubbel wordt ingenomen of wordt overgeslagen. Indien u inhalaties, oogdruppels of zalf gebruikt mag u deze wel vanuit thuis meenemen en zelf gebruiken.

Na de operatie wordt er naast de pijnstilling ook verschillende medicatie gestart. Dit zijn laxeermiddelen (kauwtabletten en/of movicolon) om de maag en darmen weer goed op gang te brengen en anti-trombose spuitjes, fragmin. Deze spuitjes krijgt u een keer per dag en verkleinen het risico op trombose of een longembolie. Deze spuitjes blijft u tot 4 weken na de operatie gebruiken. Tijdens de opname zal de verpleegkundige u of uw familie leren hoe deze te zetten zodat u na de opname niet afhankelijk bent van thuiszorg. Bespreek het met de verpleegkundige indien dit niet mogelijk is.

Na de operatie is het belangrijk dat u zo snel mogelijk gaat bewegen, de avond na de operatie zal u op de intensive care of verpleegafdeling al in de stoel geholpen worden. Dit zal gedurende de opname steeds verder uitgebreid worden, de verpleegkundige en fysiotherapeut helpen u hierbij. Zie ook het schema hieronder.

Bewegen is heel erg belangrijk na de operatie, door veel te bewegen helpt u zelf mee om uw herstel te bevorderen. Het verkleint de kans op een trombose, helpt om de beweging van het maagdarmstelsel op gang te krijgen (de peristaltiek), verbeterd te doorbloeding en daarmee wondgenezing, gaat verlies van spierkracht tegen en zorgt er voor dat u zo snel mogelijk weer onafhankelijk bent van de zorg van anderen.

Ook helpt bewegen om de kans op een luchtweginfectie te verkleinen. Wanneer u goed rechtop zit of staat kan u namelijk beter doorademen. Een luchtweginfectie zal de duur van de opname verlengen en is ongunstig voor de wondgenezing doordat het de zuurstofvoorziening verminderd. Om de kans op deze complicatie nog verder te verkleinen is het de bedoeling dat u meermaals per dag de ademhalingsoefeningen uitvoert.

Het eten wordt na de operatie snel uitgebreid. De eerste dagen na de operatie zullen dit vloeibare producten zijn waarin de hoeveelheid die u mag nuttigen iedere dag groter wordt. Eten dient u rechtop zittend aan tafel te doen. Indien u niet in staat bent om uit bed te komen dient u zo veel mogelijk rechtop te zitten. Dit om de kans op verslikking te voorkomen en om uw lijf te helpen het eten te verteren. Het advies is om na de operaties kleine beetje verdeeld over de dag te eten. De diëtiste zal de intake tijdens de opname observeren en u ook adviezen geven voor thuis. Om alles ook goed te laten genezen starten we na de operatie met een opbouwend schema omtrent het eten en drinken, zoals hieronder:

Dit wordt opgebouwd omdat met hoge regelmaat voorkomt dat de maag na de operatie ‘stil’ blijft liggen, dit noemt men een maagparese.

Door in kleinere hoeveelheden, vaker op een dag te eten, wordt de maag wel geprikkeld maar niet overbelast. Daarnaast krijgt u medicijnen die helpen om de maag te laten functioneren middels het infuus en evt. in tabletvorm.

Er kan van dit schema worden afgeweken na de operatie in overleg met de arts.

Omdat u aan de alvleesklier bent geopereerd kunnen de glucosewaarden afwijken (suiker). Daarom zullen we de eerste dagen tijdens de opname en iedere maandag de suiker prikken. Indien nodig kan er insuline gegeven worden.

Na de operatie lopen iedere ochtend een arts en/of verpleegkundig specialist en een verpleegkundige bij u langs. Er wordt met u besproken hoe het gaat. Er wordt gekeken naar uw klachten, het herstel en of er bijvoorbeeld lijnen verwijderd kunnen worden.

U mag naar huis na de operatie als:

  • U voldoende normale voeding verdraagt en minimaal 8-10 glazen per dag kunt drinken.
  • De pijn goed onder controle is met paracetamol en in uitzonderingsgevallen met morfine-tabletten.
  • U zich weer goed kan redden met aankleden, douchen en een rondje kan lopen over de gang
  • Dit zal zijn de 5e – 8e dag post operatief

Uiteraard neemt de arts in overleg met u de definitieve beslissing of u naar huis mag.

Contact opnemen

Na uw ontslag uit het ziekenhuis, is het van belang bij onderstaande signalen, contact op te nemen met het ziekenhuis

Wanneer alarm slaan

  • Bij nabloeding van de wond;
  • Bij plotseling optredende koorts boven de 38,5 °C;
  • Bij zwelling, roodheid van de wond;
  • Bij ernstig gewichtsverlies.

Polikliniek Oncologie:

Tijdens kantoortijden (8.30-16.30 uur) te bereiken via 040-2396622

Buiten kantooruren kunt u contact opnemen met de spoedeisende hulp via telefoonnummer 040-2399600.

Mocht u na het lezen van deze informatiefolder nog vragen hebben, neem dan contact op met: intakes.cho@catharinaziekenhuis.nl

Extra informatie

Patiëntenbegrijpen | Activeer je patiënten, verbeter de communicatie. (patientenbegrijpen.nl)

Een goede voorbereiding begint thuis

Om er voor te zorgen dat het herstel na de operatie volgens protocol kan verlopen is het belangrijk dat uw conditie voor de operatie zo optimaal mogelijk is. Blijf daarom uw dagelijkse activiteiten (verzorging, huishouden en/of boodschappen) uitvoeren, indien u sport, probeer dit dan te blijven doen, eventueel aangepast.

Wij adviseren om dagelijks te fietsen en / of te wandelen, beweeg 30 minuten aaneengesloten per dag.

Als voorbereiding op de operatie raden wij u een oefenprogramma met krachtoefeningen als in onderstaand schema te gebruiken (zie bijlage oefeningen met foto’s). Tevens is het goed om de ademhalingsoefeningen alvast door te nemen en te oefenen.

Oefenprogramma

Oefening

Aantal herhalingen

Week 1

Week 2

Week 3

Oefeningen gaan zitten / staan

3 x 10

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Opdrukken vanuit de stoel

3 x 10

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Staand knie heffen

3 x 10

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Tenenstand

3 x 10

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ademhalingsoefeningen

5 herhalingen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ademhalingsoefeningen
  • Maak 5 diepe ademhalingen en houdt bij de inademing aan het eind de adem even vast
  • Adem rustig door de neus in. Tuit de lippen een klein beetje en adem langzaam tussen de lippen uit. U ervaart nu een kleine druk bij het uitademen. Herhaal dit 5 keer.
  • Hoest nu 3 keer
 
Oefeningen gaan zitten / staan 

Ga zitten op een stoel en kruis de handen voor de borst (adem rustig in)

Zet uw voeten op heupbreedte

Kom staan zonder uw handen hierbij te gebruiken (tijdens het komen opstaan rustig uitblazen)

Vervolgens zakt u door de knieën en raakt u met de billen de zitting van de stoel en kom vervolgens weer staan

Opdrukken vanuit de stoel

Ga op een stoel zitten

Pak de stoelleuning aan beide zijden vast

Duw uzelf omhoog zodat de billen los van de stoel komen

Houd deze positie 2 seconden vast

Laat u vervolgens weer rustig zakken

Staand knie heffen

 
Ga staan met de voeten op heupbreedte

Til de rechterknie op

Zet uw been weer op de grond

Til de linkerknie op

Tenenstand

Sta met de voeten op heupbreedte

Ga op uw tenen staan, door u recht omhoog te duwen

Zak vervolgens weer langzaam terug naar de beginpositie

Indien u zichzelf instabiel voelt tijdens de oefening gebruik dan een steuntje (bijvoorbeeld een tafel of deurkozijn)

Opleidingsziekenhuis

Het Catharina Ziekenhuis is een opleidingsziekenhuis. Wij leiden artsen, verpleegkundigen en andere zorgverleners op. Dit betekent dat ook een zorgverlener in opleiding uw behandeling, onderzoek of operatie kan uitvoeren. Maar dit is niet altijd zo. Uw veiligheid staat altijd bij ons voorop. Als een zorgverlener in opleiding u helpt, werkt deze altijd onder begeleiding van een gediplomeerd zorgverlener. Als u niet wilt dat een zorgverlener in opleiding u helpt, dan kunt u dit met uw arts bespreken.

Vragen

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, dan kunt u op werkdagen contact opnemen met de polikliniek Urologie.

Contactgegevens

Catharina Ziekenhuis
Telefoon 040 – 239 91 11
www.catharinaziekenhuis.nl

Polikliniek Chirurgie
040 – 239 71 50

Verpleegafdeling Chirurgische oncologie
040 – 239 75 00

Spoedeisende Hulp
040 – 239 96 00

Routenummer(s) en overige informatie over de afdeling Urologie kunt u terugvinden op www.catharinaziekenhuis.nl/chirurgie


© 2025 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden