Klaplong (Folder)
5623 EJ Eindhoven
040 - 239 91 11
Klaplong (Folder)
U bent opgenomen op verpleegafdeling Longgeneeskunde omdat u een klaplong (pneumothorax) heeft. In deze folder staat wat een klaplong is, hoe hij ontstaat, wat de symptomen zijn en hoe hij wordt behandeld.
Wat is een klaplong?
De longen zijn omgeven door de zogeheten pleurabladen. Dit zijn 2 dunne, flexibele vliezen. Eén vlies bekleedt de longen, het andere de binnenkant van de borstkaswand. De ruimte tussen deze twee vliezen wordt de pleuraholte genoemd. Deze is luchtdicht (vacuüm) afgesloten. In deze pleuraholte bevindt zich een kleine hoeveelheid vocht die de vliezen glad maakt, zodat deze bij elke ademhaling soepel langs elkaar heen glijden. Bij een pneumothorax stroomt er lucht in de pleuraholte, waardoor er geen sprake meer is van een vacuüm. Hierdoor klapt de long samen en ontplooit zich niet meer. De lucht die in de pleuraholte stroomt kan afkomstig zijn uit de long (gesloten pneumothorax) of komt van buiten het lichaam (open pneumothorax).
Oorzaken
Er zijn diverse oorzaken voor het ontstaan van een klaplong. In deze folder behandelen we de meest voorkomende.

Spontane klaplong
- Ontstaat zonder aanwijsbare oorzaak.
- Betreft vaak jonge, lange, magere mensen (de precieze reden hiervan is niet bekend).
- Komt vaker voor bij rokers dan bij niet-rokers.
- Is een vorm van een gesloten pneumothorax (klaplong).
Secundaire pneumothorax
- Ontstaat door een onderliggende aandoening (bijvoorbeeld longemfyseem).
- Is een vorm van een gesloten pneumothorax (klaplong).
Traumatische klaplong
- Ontstaat door een ongeluk (trauma) waarbij een verbinding ontstaat tussen de pleuraholte en buiten. U kunt denken aan een ongeluk waarbij een rib de long doorboort.
- Is een open pneumothorax (klaplong).
Latrogene klaplong
- Ontstaat als complicatie van een medische ingreep, zoals een punctie van de long, een longoperatie of het inbrengen van een halsinfuus.
- Is een open pneumothorax (klaplong).
Symptomen
De symptomen bij een klaplong lopen uiteen van matige kortademigheid en pijn, tot ernstige kortademigheid en pijn in de borst. Dit hangt af van de hoeveelheid lucht die de pleuraholte binnenstroomt en in welke mate de long inklapt.
Het is ook mogelijk dat u pijn in de nek, schouder of buik voelt en soms is sprake van een droge hoest. Bij een pneumothorax die langzaam ontstaat, zijn de symptomen vaak minder hevig dan bij een snel optredende klaplong.
Behandeling
De behandeling hangt af van de mate waarin de long is ingeklapt. Een kleine klaplong hoeft meestal niet behandeld te worden.
Normaal gesproken neemt het lichaam de lucht uit de pleuraholte in een paar dagen op. Soms beslist de arts op de eerste hulp dat een ziekenhuisopname nodig is omdat er een kans bestaat op het ontstaan van een grote klaplong.
Inbrengen drain
Bij een grote klaplong wordt de lucht verwijderd door, onder plaatselijke verdoving, een drain (buisje) in de pleuraholte in te brengen. De drain wordt aangesloten op een apparaat dat wordt gebruikt om lucht, bloed of vocht uit de borstholte te verwijderen. Gemiddeld duurt een opname voor een klaplong één week, maar dit verschilt sterk per patiënt.
Plakken van de pleurabladen
Na verloop van tijd geneest de wond in het longoppervlak en ontplooit de long zich weer. De longarts kiest er dan voor om de drain te verwijderen óf om de pleurabladen aan elkaar te plakken (pleuradese). U krijgt vóór de pleuradese pijnstilling toegediend. De longarts spuit via de drain een vloeistof in de pleuraholte. Dit veroorzaakt een steriele ontsteking tussen de pleurabladen, waardoor deze aan elkaar gaan kleven. De drain wordt één dag na de pleuradese verwijderd. De kans dat er nog een keer een pneumothorax ontstaat aan de behandelde kant wordt hierdoor kleiner.
Operatie
Als na verloop van tijd blijkt dat de klaplong niet uit zichzelf geneest, kan er een operatie plaatsvinden. Deze operatie, uitgevoerd door een thoraxchirurg, heet een pleurarubbing. Dit is een operatie om de luchtlekkage te herstellen en de longvliezen te behandelen om de kans op een nieuwe klaplong te verkleinen.
Wanneer er geen luchtlekkage meer is en de long zich goed heeft ontplooid, kan de drain worden verwijderd.
Ontslag
Voor uw ontslag beoordeelt een longarts uw long met een röntgenfoto. Als uw long goed is ontplooid, mag u naar huis. De hechting moet worden verwijderd op de vijfde dag na het verwijderen van de drain. Bent u nog opgenomen in het ziekenhuis dan doet een verpleegkundige dit. Als u al weer thuis bent, kunt u hiervoor naar de huisarts of u kunt een afspraak maken op de afdeling Longgeneeskunde.
Leefregels
Na een pneumothorax geldt het volgende advies tot de volgende poliklinische controle:
- Niet sporten
- Geen zware huishoudelijke taken uitvoeren
- Geen geslachtsgemeenschap
- Niet persen bij ontlasting
- Niet zwaar tillen
- Niet vliegen
- Niet diepzeeduiken (dit advies geldt levenslang)
- Roken wordt sterk afgeraden, roken belemmert het herstel van de longen.
- De eerste 24 uur na het verwijderen van de drain moet het verband er op blijven zitten. Daarna kunt u het verband verwijderen en dit met een pleister afplakken. Twee dagen na het verwijderen van de drain mag u weer douchen en na twee weken weer in bad.
Vragen
Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Neem dan contact op met de afdeling Longgeneeskunde.
Contactgegevens
Catharina Ziekenhuis
Telefoon 040 – 239 91 11
www.catharinaziekenhuis.nl
Spoedeisende Hulp
040 – 239 96 00
Polikliniek Longgeneeskunde
040 – 239 56 00
Verpleegafdeling Longgeneeskunde
040 – 239 79 00, optie 1
Routenummer(s) en overige informatie over de afdeling Longgeneeskunde kunt u terugvinden op www.catharinaziekenhuis.nl/longgeneeskunde