Lumbaalpunctie (Folder)
5623 EJ Eindhoven
040 - 239 91 11
Lumbaalpunctie (Folder)
Binnenkort komt u naar het Catharina Ziekenhuis voor een lumbaalpunctie, een ruggenprik. Via deze prik neemt de arts vocht af dat rondom het ruggenmerg en de hersenen circuleert. Van dit vocht wordt later in het laboratorium de samenstelling onderzocht. De arts vertelt u vooraf waarom dit onderzoek bij u wordt uitgevoerd.
De lumbaalpunctie kan zowel klinisch (tijdens een opname) als poliklinisch (in dagbehandeling) plaatsvinden. Als het onderzoek poliklinisch plaatsvindt, kunt u zich melden op de afdeling Kortverblijf & dagverpleging. Deze folder beschrijft de gang van zaken als de behandeling poliklinisch plaatsvindt.
Voorbereidingen
Na het onderzoek moet u plat blijven liggen, meestal een uur. In uitzonderlijke gevallen soms langer. Wij raden u daarom aan eventueel een boek of muziekspeler mee te nemen.
Als u bloedverdunnende medicatie gebruikt, meldt dit uiterlijk een week voor de lumpaalpunctie aan uw arts. Met sommige medicatie dient u voor het onderzoek tijdelijk te stoppen. Als u overgevoelig bent voor Jodium, geef dit dan ook door aan uw arts.
Het onderzoek
Op de dag van het onderzoek meldt u zich op het afgesproken tijdstip op de afdeling Kortverblijf & dagverpleging. Het tijdstip krijgt u vooraf via de polikliniek te horen. Op de afdeling vraagt de verpleegkundige of u een operatiehemd aan wilt trekken. Daarna kunt u op bed gaan liggen. Het onderzoek kan plaatsvinden als de neuroloog op de afdeling is. Voor het onderzoek wordt eerst de huid ontsmet. Dit voelt wat koud aan. Daarna mag u, op aanwijzing van de arts, uw rug krom maken. Vervolgens brengt de arts de naald in. Het inbrengen van de naald is pijnlijk. De arts vangt het vocht in een buisje op. Vervolgens verwijdert de arts de naald en krijgt u een pleister op de insteekplaats.
Het onderzoek verloopt het minst pijnlijk als u zich zoveel mogelijk ontspant. Een verpleegkundige helpt u hierbij. Zelf kunt u zich, om beter te ontspannen, bijvoorbeeld op uw ademhaling concentreren.
Het onderzoek zelf duurt tien tot twintig minuten. Daarna moet u bedrust houden. In principe moet u een half tot één uur plat blijven liggen. In uitzonderlijke gevallen soms langer. Daarna mag u voorzichtig, onder begeleiding van een verpleegkundige, rechtop gaan zitten. Soms dient er ook nog aanvullend bloedonderzoek plaats te vinden. Dit kan door u nadien te laten prikken op het laboratorium. Deze prikrondes zijn om 11.30 en 15.00 uur. Pas daarna mag u naar huis. De uitslag krijgt u van uw behandelend arts bij het volgende polikliniekbezoek. De afspraak hiervoor heeft u al eerder via de polikliniek gemaakt.
Nazorg
Het is mogelijk dat u gedurende enkele dagen hoofdpijn- en duizeligheidsklachten heeft. Hierover hoeft u zich niet ongerust te maken. U kunt die klachten verlichten door regelmatig platliggend te rusten. Wanneer u echter koorts heeft moet u meteen contact opnemen met de polikliniek Neurologie. Dit geldt ook als u hoofdpijnklachten heeft die langer dan drie dagen aanhouden. In het weekend is de polikliniek gesloten. U kunt dan bij klachten contact opnemen met uw huisarts. Deze stuurt u dan eventueel door naar de Spoedeisende Hulp.
Vragen?
Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Neem dan contact op met de polikliniek Neurologie of de afdeling Kortverblijf & dagverpleging.
Contactgegevens
Catharina Ziekenhuis
040 – 239 91 11
www.catharinaziekenhuis.nl
Polikliniek Neurologie
040 – 239 94 00
Afdeling Kortverblijf & dagverpleging
040 – 239 87 77
Als u om dringende redenen uw afspraak niet kunt nakomen, neem dan zo snel mogelijk contact op met de polikliniek Neurologie.
Routenummer(s) en overige informatie over de afdeling Neurologie kunt u terugvinden op www.catharinaziekenhuis.nl/neurologie