Omgaan met psychogene pseudosyncope (Folder)

Neurologie
Michelangelolaan 2
5623 EJ Eindhoven

040 - 239 91 11
Catharina een Santeon ziekenhuis

Omgaan met psychogene pseudosyncope (Folder)

Wat betekent ‘psychogene pseudosyncope’ (PPS)? Daarvoor moeten we de woorden even afzonderlijk bekijken. ‘Syncope’ betekent flauwvallen, ofwel een aanval van bewusteloosheid doordat er kortdurend geen bloed naar de hersenen gaat. De toevoeging ‘pseudo’ betekent dat het niet echt flauwvallen is, ook al lijkt het er veel op. Het woord ‘psychogene’ betekent dat de oorzaak psychologisch van aard is. Samen gaat het dus om aanvallen die op flauwvallen lijken, maar het niet zijn en die een psychologische oorzaak hebben.

In de medische wereld worden voor deze aanvallen ook andere namen gebruikt. We noemen ze hier alleen om verwarring te voorkomen. Artsen gebruiken ook het woord ‘functioneel’ voor aanvallen van psychologische aard waarbij lichaamsfuncties normaal blijven werken. De woorden ‘conversie’ en ‘dissociatie’ zijn psychologische vaktermen die proberen aan te geven wat het geestelijk mechanisme achter de aanvallen is. Verder zijn er ook psychologische aanvallen die niet op flauwvallen maar op epilepsie lijken, met schokken erbij; daarbij worden de afkortingen ‘PNEA’ en ‘PPEA’ gebruikt.

Hoe zien aanvallen van PPS eruit?

Als iemand staat of zit, kan hij bij het begin van een aanval op de grond vallen en zich bij de val bezeren. Op de grond liggend reageren mensen tijdens een aanval níet als anderen hen aanspreken of aanraken. Meestal liggen ze stil. De duur kan erg wisselen: van minder dan een minuut tot wel een uur. Na zo’n aanval herinneren de meeste mensen met PPS zich niets van wat er om hen heen gebeurde, maar soms dringt er wel iets door van wat mensen zeggen. De aanvallen kunnen meerdere keren per dag optreden.

De gevolgen van PPS

De aanvallen leveren vaak problemen op. Patiënten, of hun familieleden, kunnen bang zijn dat er sprake is van een gevaarlijke hart-of hersenziekte. Omstanders kunnen flink schrikken van de aanvallen en soms wordt een ambulance gebeld en de persoon naar het ziekenhuis gebracht. De aanvallen kunnen problemen op school of het werk veroorzaken. Het komt vaak voor dat een schooljaar verloren gaat of dat er zoveel ziekteverzuim is dat iemand zijn baan dreigt te verliezen.

De diagnose

Omdat de aanvallen van PPS op flauwvallen lijken, worden de meeste mensen eerst naar een specialist verwezen die op zoek gaat naar de oorzaak. Vaak is dat een cardioloog die kijkt of er sprake is van een hartkwaal of epilepsie bij een neuroloog. Dat zoeken leidt vaak tot allerlei nevenonderzoeken die dan geen afwijkingen opleveren. Meestal wordt de diagnose PPS pas gesteld als patiënten bij een specialist terechtkomen met meer ervaring op dit gebied. De diagnose kan op verschillende manieren gesteld worden:

  1. De details van de aanvallen zijn heel belangrijk om bijvoorbeeld een hartkwaal of epilepsie uit te sluiten. De details van de aanval worden besproken tijdens een gesprek met u en met een eventuele ooggetuige van de aanvallen. Zulke details leveren vaak al sterke aanwijzingen op dat er sprake is van PPS. Een voorbeeld daarvan is de duur van de aanval: een PPS-aanval duurt vaak aanzienlijklanger dan gewoon flauwvallen.
  2. De tweede manier om een goede diagnose te kunnen stellen, is om een aanval vast te leggen. Omstanders, meestal familieleden, maken dan tijdens een spontane aanval een video of meten de bloeddruk, zodat die gegevens later bekeken kunnen worden. Een specialist met de juiste ervaring ziet op een video details die veel zeggen over de oorzaak. Zulke details variëren van bewegingen van de oogleden tot de lichaamshouding en de gezichtskleur. De bloeddruk kan tijdens een aanval met een automatische bloeddrukmeter gemeten worden, maar natuurlijk heeft niet iedereen zon apparaat bij de hand. Bij flauwvallen is de bloeddruk tijdens bewusteloosheid altijd laag, bij PPS is de bloeddruk dan normaal of hoog.
  3. De derde manier als er een aanval optreedt tijdens een kantelproef in het ziekenhuis, levert het meeste bewijs op. Bij de kantelproef worden allerlei lichaamsfuncties gemeten: de hartslag, de bloeddruk, de hersenactiviteit en er wordt een video-opname gemaakt. Hiermee kunnen de bloeddruk en de hersenactiviteit heel accuraat worden gemeten. Bij flauwvallen en epilepsie is de hersenactiviteit tijdens de aanval abnormaal, en bij PPS blijft deze lichaamsfuncties normaal.

Een psychologische oorzaak

Hoe weet je wat de psychologische oorzaak is? Bij PPS uit een psychologisch probleem zich lichamelijk; in de geneeskunde komt dit vaker voor. Je kunt de aanvallen zien als een noodsignaal. De aanval geeft aan dat er iets misgaat, maar niet welk probleem er precies achter zit. Soms weten mensen met PPS zelf heel goed dat ze een probleem hebben, en ook welk probleem dat is. Maar ook dan kan het verband tussen de aanvallen en de problemen voor henzelf niet duidelijk zijn. Dat komt vooral doordat de aanvallen meestal niet optreden op momenten van spanningen maar op heel andere momenten. Het kan ook voorkomen dat mensen met PPS zich van geen enkel geestelijk probleem bewust zijn. De geestelijke problemen die PPS veroorzaken kunnen heel verschillend zijn. Bij een 15-jarige kan het bijvoorbeeld pesten op school zijn of een scheiding van de ouders. Ook bij volwassenen kan ervan alles spelen, van rouw tot slachtoffer zijn geweest van geweld of seksueel misbruik. Soms gaat het om een recent probleem en soms om iets dat zich jaren geleden afspeelde. Aan de aanvallen zelf is niet te zien welk probleem er achter zit, alleen dat er een probleem is.

PPS is géén aanstellerij

Niemand hoort graag dat hij of zij een geestelijk probleem heeft. De diagnose wordt gemakkelijk als een belediging ervaren, maar dat is nadrukkelijk niet als belediging bedoeld. PPS is absoluut géén aanstellerij en het is ook geen bedrog: mensen spelen geen toneel en doen niet bewust alsof. PPS-aanvallen overkomen je, buiten je schuld en buiten je wil. Wat dat betreft lijkt het op flauwvallen of epilepsie: ook dat overkomt iemand, of die persoon dat nu wil of niet.

De behandeling

Voor sommige mensen is de mededeling dat ze PPS hebben al een soort doorbraak: ze beseffen dan dat er een probleem is en dat dit aangepakt moet worden. Vaak een probleem waar ze al langer mee worstelden. Soms is dat besef genoeg om het aantal aanvallen flink te laten afnemen. Maar dat is niet altijd zo, als de aanvallen blijven komen moet er iets aan gedaan worden. Het probleem is niet eenvoudig met een medicatie op te lossen. Het probleem is geestelijk van aard en daar hoort een passende behandeling bij. Gesprekken met een psycholoog of psychiater zullen nodig zijn om erachter te komen wat het onderliggende probleem is, ook al gaat het de patiënt uiteindelijk om het aanpakken van de aanvallen.

Vragen

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Neem dan contact op met de afdeling Neurologie.

Contactgegevens

Catharina Ziekenhuis
040 – 239 91 11
www.catharinaziekenhuis.nl

Afdeling Neurologie
040 – 239 9400.

Routenummer(s) en overige informatie over de afdeling Neurologie kunt u terugvinden op www.catharinaziekenhuis.nl/neurologie

Bronvermelding
* Naar Prof. dr. J.G. van Dijk, dr. R.D. Thijs, neurologen, Leiden University Medical Center (LUMC)

* Aanpassingen naar L.R. Canta, neuroloog Catharina Ziekenhuis Eindhoven

 


© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden