Promotieonderzoek naar verdovingen: minder bijwerkingen, betere ervaring en sneller herstel
In Nederland kampen veel mensen met chronische pijn. Anesthesiologen zoeken continu naar manieren om pijn te verminderen en het herstel na een operatie te bevorderen. Renee van den Broek, anesthesioloog in het Catharina Ziekenhuis doet onderzoek naar nieuwe verdovingstechnieken bij onder meer long-, en rugoperaties. “Hoe kun je minder morfine gebruiken, zodat patiënten sneller en comfortabeler herstellen”, zegt ze daarover. Vandaag promoveert ze aan de universiteit van Maastricht.
Bij patiënten met longkanker die in het Catharina Ziekenhuis een kijkoperatie ondergaan om een deel van de long te verwijderen, werd voorheen standaard een ruggenprik gebruikt om de pijn te verlichten. Die verdoving is effectief, maar heeft nadelen. “Fantastisch tegen de pijn, maar het plaatsen van de ruggenprik lukt niet altijd. Daarnaast moeten patiënten wakker zijn tijdens het zetten en is er na de operatie vaak een blaaskatheter nodig. Dat kan oncomfortabel zijn. Bijwerkingen zoals jeuk en een lage bloeddruk kunnen het herstel vertragen”, legt Van den Broek uit.
Om die nadelen te vermijden, onderzocht Van den Broek in haar promotieonderzoek een alternatieve verdovingstechniek. Een die gebruikmaakt van een injectie tussen spierlagen in de rug of borstwand van de patiënt. Dit onderzoek voerde ze uit bij verschillende soorten operaties waaronder longoperaties, rugoperaties en eerste ribresecties (TOS). Patiënten kregen daarbij na de narcose een extra plaatselijke verdoving.
“Dit soort verdoving is eerder uitgebreid onderzocht bij borstoperaties, bijvoorbeeld bij borstkanker. Die borstwandverdovingen leverden goede resultaten op”, zegt Van den Broek. “Daarom wilden we weten of we bij andere operaties vergelijkbare resultaten konden behalen.
Net zo tevreden
Het onderzoek bij de longoperaties liet zien dat patiënten met de nieuwe verdoving iets meer pijn ervoeren dan met een ruggenprik. “Maar ze waren net zo tevreden over de totale behandeling. Hoe kan dat? Het gaat daarbij niet alleen om pijn. Zonder blaaskatheter en met minder morfine in het lichaam hebben patiënten minder bijwerkingen zoals misselijkheid en obstipatie. Ze voelen zich sneller beter,” legt Van den Broek uit. “Dat zit ook in kleine dingen. Patiënten zijn bijvoorbeeld alert genoeg om kort na een operatie gesprekken met een arts te voeren en die informatie echt te begrijpen.”
In het Catharina Ziekenhuis is deze nieuwe verdovingstechniek inmiddels standaard geworden bij dit type longoperaties én bij rugoperaties. Bijvoorbeeld bij het opereren bij een hernia of bij versleten wervels. Patiënten hadden minder morfine nodig en konden sneller naar huis. “Morfine is makkelijk en vaak effectief tegen pijn, maar heeft veel nadelen zoals slaperigheid en misselijkheid. Met deze techniek heb je minder morfine nodig, wat het herstel écht versnelt,” legt de onderzoeker uit.
Eerste ribresecties
Hoewel de techniek veelbelovend is bij long- en rugoperaties, bleek uit hetzelfde onderzoek dat deze methode minder geschikt is voor operaties waarbij de eerste rib wordt verwijderd. “De eerste resultaten leken gunstig, maar een groter vervolgonderzoek liet zien dat dit niet het geval is. Dus is het bij die operaties geen standaard geworden. Oók dat is nuttige informatie, want het helpt ons begrijpen welke aanpak werkt bij welke operatie.”
Het gaat niet om mijn onderzoek, maar om wat het beste is voor de patiënt.
Ondertussen lopen er al nieuwe studies waar Van den Broek bij betrokken is. “De voorlopige resultaten zijn zo veelbelovend dat de huidige verdovingstechniek bij longoperaties waarschijnlijk snel vervangen wordt door een methode die minder tijd kost. Jammer? Nee, het gaat niet om mijn onderzoek, maar om wat het beste is voor de patiënt. Het is mooi om te zien dat nieuwe technieken echt een verschil maken in het herstel en comfort van patiënten en dat ik daaraan bij kan dragen.”
