“Deze manier van praten helpt niemand”

Fleur (23), verpleegkundige: over een familiegesprek dat haar niet meer losliet
Ze is pas net afgestudeerd als verpleegkundige, maar in het Catharina Ziekenhuis voelt Fleur zich al thuis. Via het Catharina Spoor liep ze 2,5 jaar mee op verschillende afdelingen. Inmiddels heeft ze een vaste plek op een afdeling. “Ik dacht vroeger dat ik fysiotherapeut wilde worden,” vertelt ze. “Maar toen ik op de middelbare school de keuze kreeg om een jaar over te doen of over te stappen naar het mbo, koos ik voor het laatste. Ik begon een MBO-opleiding in de gehandicaptenzorg. Maar ik merkte al snel dat ik meer uitdaging zocht. Uiteindelijk heb ik toch de sprong naar verpleegkunde gemaakt — ondanks mijn angst voor naalden.” Ze lacht. “Dat is gelukkig goed gekomen.”

Wanneer ik Fleur spreek, is ze open en rustig. Toch is er één ervaring die nog steeds in haar hoofd zit.

“Ik merkte dat mijn grenzen werden overschreden”
Het gebeurde op een drukke werkdag. Een oudere patiënt met beginnende dementie was opgenomen, tot grote zorg van haar familie. De vrouw had eerder een delier gehad, en de angst dat dit opnieuw zou gebeuren, hing voortdurend in de lucht.

“Een van de zonen vond dat alles te lang duurde,” vertelt Fleur. “Ze wachtten op de arts, hadden vragen, waren bezorgd. Dat snapte ik heel goed. Maar de manier waarop het gesprek verliep… zijn stem werd steeds harder. Hij zwaaide met zijn armen om zijn punt te maken. Het voelde heel heftig.”

Fleur leunde tegen het bed van de patiënt. Haar lichaam verstijfde. “Ik was niet bang dat hij me fysiek iets zou aandoen, maar er was wel sprake van spanning. Het voelde gewoon niet oké.”

Toen de zoon klaar was met praten, bleef ze rustig. “Ik heb gezegd dat ik zijn zorgen begrijp, maar dat communiceren op deze manier niet helpt. Dat het niet prettig en niet nodig is. Dat ik hem wil helpen — maar niet zo.” Volgens Fleur haalde dat nét genoeg druk van de ketel.

Doorwerken, maar wel met een knoop in de maag
Diezelfde dag werkte ze gewoon door. “Voor de patiënt en familie was continuïteit belangrijk. Daarna heb ik het meteen met een collega besproken. Even wat drinken, spanning eruit.” Het incident bleef nog dagen voelbaar. “Ik zorgde later opnieuw voor deze patiënt. Ik merkte dat ik een beetje op mijn tenen liep. Je staat dan toch anders tegenover iemand. Hebt het gevoel alsof er heel erg op je gelet wordt.”

“Dit mag niet het nieuwe normaal worden”
Ze voelt zich gesteund — door collega’s, haar ouders, haar teamleider. “Het helpt dat we het in het ziekenhuis veel over dit thema hebben, ook in de masterclasses en bijscholingen. Bij ons op de afdeling is er bijvoorbeeld een werkgroep waarin agressie en onbegrepen gedrag worden besproken. Fijn dat er zoveel aandacht voor is.”

Fleur: “Dit soort situaties lijken klein. Het hoort er misschien ‘bij’. Maar dat mag niet het nieuwe normaal worden. Begrip werkt twee kanten op.”

Vanwege privacyredenen gebruiken we niet de echte naam van de verpleegkundige.


© 2025 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden