Borstvorming bij de man

Borstvorming bij de man, gynaecomastie, kan verschillende oorzaken hebben.

  • Fysiologische gynaecomastie
    Als baby hebben zowel meisjes als jongens kleine klierschijfjes achter de tepel. Doorgaans verdwijnen deze klierschijven bij de jongens in de kindertijd. In de pubertijd ontstaat onder invloed van hormonen bij meisjes borstvorming. Ook bij jongens komt het regelmatig voor dat in de pubertijd onder invloed van hormonen de borstklieren gaan opzwellen. Op babyleeftijd en in de pubertijd is deze borstklierzwelling bij de man ‘fysiologisch’. Dat wil zeggen dat het niet abnormaal is, maar een normale reactie van de borstklier op hormonen. Vanaf middelbare leeftijd kan de borstklier bij de man tijdens het ouder worden ook gaan opzwellen.
  • Niet fysiologische gynaecomastie
    Naast de natuurlijke oorzaak voor gynaecomastie zijn er nog meer oorzaken voor het ontstaan van gynaecomastie namelijk:

    • bijwerking van bepaalde medicijnen, zoals anabole-steroiden, prednison en hartmedicijnen
    • reactie op stofwisselingsveranderingen bij lever- of nierziekte
    • verandering in de productie van de hormonen (te geringe productie door de zaadbal), stress of bij het slikken van hormonen
    • bij hormoonproducerende gezwellen van zaadbal of luchtwegen
    • Als borstkanker bij de man, dan heet het pseudo-gynaecomastie: Dit betekent dat de borstklier zelf niet gezwollen is maar dat de zwelling door vetafzetting is ontstaan.

Vaak is er echter geen oorzaak te vinden voor de gynaecomastie.

Symptomen

Meestal wordt gynaecomastie ontdekt doordat er achter één of beide tepels een vaak pijnlijke zwelling ontstaat. Dit kan cosmetische bezwaren geven en hinderlijk zijn, bijvoorbeeld bij het dragen van bretels of een rugzak.

Onderzoek

Bij fysiologische gynaecomastie op babyleeftijd en in de pubertijd houdt de arts het meestal bij een lichamelijk onderzoek. Bij niet fysiologische gynaecomastie is naast lichamelijk onderzoek ook aanvullend onderzoek noodzakelijk. Als eerste wordt een mammografie gemaakt, dit is een röntgenfoto van de borsten. Meestal volstaat dit onderzoek. Het kan noodzakelijk zijn om na de mammografie een aanvullende echografie en eventueel een biopsie te verrichten om een afwijking verder te analyseren.

Behandeling

Fysiologische gynaecomastie verdwijnt in de regel vanzelf. Hier hoeft dan ook niets aan te gebeuren.

Bij niet-fysiologische gynaecomastie wordt afhankelijk van de oorzaak een behandelingsplan opgesteld:

  • Is een zaadbalgezwel de oorzaak, dan wordt de zaadbal verwijderd en wordt een ander behandelingsplan gemaakt.
  • Als de oorzaak niet duidelijk is, kan afhankelijk van de omstandigheden en de klachten, worden besloten tot een operatie.

© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden