Trombosebeen of trombosearm

Bij een trombosebeen ontstaat er een bloedstolsel in de diepliggende aderen van uw been. Die aderen voeren het bloed vanuit uw voeten, via uw kuit, knieholte en bekken, terug naar uw hart. Uw hart pompt dit bloed vervolgens naar uw longen. Bij een trombosearm ontstaat er een bloedstolsel in de diepliggende aderen van uw arm. Die aderen voeren het bloed vanuit de hand, via de onderarm, bovenarm en oksel terug naar uw hart. Uw hart pompt dit bloed vervolgens weer naar de longen. Het bloedstolsel kan geleidelijk groter worden en het bloedvat in uw been of arm afsluiten.

Symptomen

Trombose in uw onderbeen of arm geeft de volgende verschijnselen:

  • Uw kuit of arm kan dik worden en gaan glanzen. Dit kan plotseling gebeuren of in een paar dagen
  • Uw been of arm wordt pijnlijk, vaak ook rood en warm.

Bij een trombosebeen of -arm ontstaat soms een longembolie. Dan is er een bloedvat in een long afgesloten door een bloedstolsel, waardoor een (klein) deel van de long minder goed werkt. Dit geeft de volgende verschijnselen:

  • U wordt benauwd en u ademt veel sneller dan normaal
  • Het ademen is vaak ook pijnlijk
  • Het kan zijn dat u slijm met soms een beetje bloed ophoest

Onderzoek

Om te onderzoeken of u trombose heeft, wordt een echo gemaakt.

Behandeling

Als blijkt dat u een trombosebeen of -arm heeft, dan krijgt u direct twee bloedverdunnende medicijnen (heparine en coumarine). Deze medicijnen krijgt u om te voorkomen dat het stolsel in uw been of arm verder groeit, dat opnieuw een stolsel ontstaat en om de kans op een longembolie te verkleinen. Om de zwelling weg te krijgen wordt uw been of arm gezwachteld. De zwachtels moeten dag en nacht blijven zitten en tweemaal per week opnieuw worden aangebracht.


© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden