‘Je lichaam heeft een deuk geslagen in je vertrouwen’

“De dag dat je te horen krijgt dat je kanker hebt, staat getatoeëerd op je ziel. Dat is iets wat je niet vergeet en voor altijd een litteken achterlaat. Zelfs jaren nadien kan ik nog precies oproepen hoe ik me voelde, wat er door me heen ging, hoe de specialist keek toen ze het vertelde. De kleinste dingen, verbaal en non verbaal zijn blijven hangen. Ik vind het belangrijk dat specialisten en verpleegkundigen zich dat realiseren en bewust zijn van wat er zich in het hoofd van een patiënt afspeelt, zeker als in het vervolgtraject opnieuw spannende uitslagen voorbij komen.”

Priscilla Sloots – van der Vleuten kreeg de diagnose borstkanker in oktober 2012. Nu nog, bijna vier jaar later, gaat ze elke controle met een unheimisch gevoel tegemoet. Is alles nog in orde? “Die angst blijft en zal ook nooit verdwijnen. Het slijt wel, maar je lichaam heeft een deuk geslagen in je vertrouwen. Toen ik een knobbeltje in mijn borst liet nakijken, zei iedereen tegen me dat het wel mee zou vallen. Het biopt dat er toen voor de zekerheid is genomen, is mijn redding geweest. Want het bleek absoluut mis te zijn.”

Door je hoofd spoken

Kijkt de oncoloog me recht aan? Kijkt zij bedrukt? Ze lacht, is het dan toch goed? “Stuk voor stuk vragen die continu door je hoofd spoken. Vooral als je zit te wachten in de wachtkamer of tijdens een onderzoek. Je wilt meekijken op het scherm. Hoe kijkt de verpleegkundige? Waarom fluistert ze met haar collega? Hebben ze dan toch weer iets gezien? Als ik het zo vertel, moet ik er haast om lachen maar het is eerlijk zo. De meest rare dingen haal je je in je hoofd. Het klinkt haast paranoia, maar die ene uitslag van vier jaar geleden, is de oorzaak. De kleinste aanwijzingen, of ze nu wel of niet ergens op gestaafd zijn, koppel je als kankerpatiënt aan van alles en nog wat. Terecht? Misschien niet! Maar op het moment dat je te horen hebt gekregen dat je kanker hebt, verandert je denkwijze. Ik was vroeger nooit zo.”

Goede band

Ze vervolgt: “Wat toen en nu nog ontzettend belangrijk is, is een luisterend oor. De band die ik heb opgebouwd met mijn mammaverpleegkundige was en is zo ontzettend belangrijk. Je hebt gewoon een vertrouwenspersoon nodig. Mijn man klapte vanaf het eerste moment dicht en kon er moeilijk over praten. Daarnaast is hij de persoon die het dichtste bij me staat, dat is logisch. We hebben als gezin een moeilijke tijd doorgemaakt, we zijn er allemaal anders mee omgegaan. Het is ook niet niks geweest. Voor mij was en is het heel prettig dat ik terug kan vallen op een persoon die er nét iets verder vanaf staat. Dat heb ik als zeer waardevol ervaren. Ik kon altijd bellen. Dat is pure zorg.” 


© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden