Port-a-cath inbrengen

Een port-a-cath noemen we ook wel een implanteerbare poort. Deze werkt heel simpel. Onder de huid brengen we een klein doosje (poort) van ongeveer 2 cm doorsnede aan. Dit verbinden we met een fijn lang slangetje (katheter) dat in een grote ader wordt ingebracht. Heeft u een injectie, infuus of bloedafname nodig, dan prikken we de poort aan. Zo hoeven we niets steeds opnieuw in een ader te prikken.

Voordelen van een port-a-cath

Een port-a-cath heeft een aantal voordelen:

  • kleine kans op infecties
  • mogelijkheid voor bloedafname
  • mogelijkheid om contrast toe te dienen tijdens een scan
  • sparen van belangrijke aders
  • inspuiten is comfortabel en sneller
  • mogelijkheid om grote hoeveelheden medicatie en voeding toe te dienen zonder de ader te beschadigen

Er bestaan verschillende poorten en katheters. Uw behandelend arts bepaalt samen met u welk type het meest geschikt is. Dit hangt onder meer af van de producten die we toe moeten dienen. Ook het soort radiologische onderzoeken dat u moet ondergaan is medebepalend.

Wanneer krijgt u een port-a-cath?

Bij sommige behandelingen is het nodig om regelmatig medicatie en/of voeding toe te dienen. Het kan ook zijn dat u vaak bloed moet afstaan. Een betrouwbare toegang tot de bloedbaan is dan nodig.

Door de oppervlakkige aders vaak aan te prikken, worden deze hard. De samenstelling van de toegediende medicatie en voeding (agressief en dik) kan de aders broos en zelfs onbruikbaar maken. Het wordt steeds moeilijker om een goede ader te vinden. Voor u is dat erg pijnlijk. De grote aders zijn resistenter en groter. Met de port-a-cath hebben we direct toegang tot deze dieperliggende aders.

Plaats van de port-a-cath

De port-a-cath kan op een aantal plaatsen geplaatst worden. De keuze hangt onder andere samen met uw activiteiten, uw medische voorgeschiedenis,  lichaamsbouw en wat u zelf het liefst wilt. Meestal plaatsen we de poort op de borstkas, rechts of links. Maar plaatsing in de arm of uw dijbeen is ook mogelijk.

Port-a-cath
Bron illustratie: Folder ‘Uw implementeerbare powerport’

De ingreep

Plaatsing van een port-a-cath gebeurt op de operatiekamer. Het gebeurt meestal onder algemene verdoving en duurt ongeveer 1 uur.

De ingreep bestaat uit 3 fasen:

  1. Inbrengen van de katheter in de ader
    De arts maakt een kleine insnede of prikt de ader aan met een naald. Daarna schuift hij het katheter via de ader op tot net voor het hart.
  2. Plaatsen van het doosje
    Daarna brengt de arts het doosje (de poort) in een kleine ruimte van 1 à 2 cm doorsnede in, meestal op het bovenlichaam. De arts probeert ervoor te zorgen dat het doosje nauwelijks opvalt.
  3. Hechting
    Uiteindelijk sluit de arts de wond.

Na de plaatsing kunt u wat pijn krijgen in de hals. Hiervoor kunt u pijnstilling gebruiken. Na 4 dagen mag het verband eraf en kunt u al uw activiteiten weer uitvoeren. Een poort kan meerdere jaren in uw lichaam blijven zitten. Maar als de poort niet meer nodig is, dan kan hij ook eenvoudig verwijderd worden.


© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden