“Met computermodellen kunnen we het risico op een scheurend bloedvat beter voorspellen”

Patiënten met een verwijding in de buikslagader lopen een risico dat het bloedvat gaat scheuren; waarbij patiënten in sommige gevallen kunnen overlijden. Esther Maas, PhD-studente bij de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) en het Catharina Ziekenhuis, werkt aan een innovatieve manier om het risico op een scheur beter in te schatten – en dus de behandeling effectiever te maken. Het onderzoek, en de manier waarop ze het wist te presenteren, leverde haar een prijs op tijdens het e/MTIC evenement Cardiovascular Medicine.

Vaatonderzoek in het Catharina Ziekenhuis.

De implementatie van nieuwe gezondheidstechnologie versnellen

Esther’s onderzoek wordt uitgevoerd binnen het samenwerkingsverband e/MTIC, het Eindhoven MedTech Innovation Center. Hierin werken de TU/e, het Catharina Ziekenhuis, Maxima Medisch Centrum (MMC), het Centrum voor Slaapgeneeskunde Kempenhaeghe en Philips samen aan diverse onderzoeken rondom cardiovasculaire, perinatale en slaap geneeskunde. In totaal werken er honderd PhD-studenten binnen het samenwerkingsverband om de implementatie van nieuwe gezondheidstechnologie te versnellen.

In het e/MTIC Poster Event – CardioVascular Medicine werden deelnemers uitgenodigd om ideeën uit te wisselen en met elkaar in contact te komen. “Voor mij een ideale gelegenheid om mijn onderzoek te toetsen bij mede-onderzoekers en de samenwerking op te zoeken met andere deelnemers.”

Maat bepalend in risico-inschatting

Bij een aneurysma is een deel van een bloedvat minimaal anderhalf keer zo wijd als normaal. Het komt het meest voor in de buikslagader, een abdominaal aorta aneurysma (AAA). Een AAA geeft meestal geen klachten en wordt daarom vaak bij toeval geconstateerd, maar als het te groot is of snel groeit, bestaat er een risico op een scheur in de bloedvatwand. Met mogelijk overlijden tot gevolg. Het is daarom belangrijk om de patiënt na de constatering van de verwijding te blijven monitoren. Wordt de verwijding te groot, dan komt de patiënt in aanmerking voor een operatie.

Meer dan maat alleen

De grootte van het aneurysma is echter niet voor iedere patiënt een goede indicatie voor het risico op een scheur. “Zo kan een scheur ook optreden bij een kleiner aneurysma of kan een patiënt geen last ondervinden van een grotere variant,” aldus Esther. In haar onderzoek worden andere factoren onderzocht om het risico op een scheur te voorspellen.

“In ziekenhuizen wordt nu een 2D-echografie of een CT-scan gebruikt om de diameter van de buikslagader vast te stellen”, vervolgt Esther. “Met 4D Ultrasound zijn we nu in het Catharina Ziekenhuis in staat om naast de diameter, ook de vorm en elasticiteit van het aneurysma te meten. Vervolgens kunnen we op basis van deze factoren in een computermodel de krachten simuleren die in het lichaam op de vaatwand werken. Hoe groter de spanningen die hierdoor in de vaatwand ontstaan, hoe groter de kans op een scheur. Zo kunnen we uiteindelijk het risico voor de patiënt inschatten en in de toekomst de noodzaak tot opereren hierop afstemmen.”

In haar onderzoek maakt Esther gebruik van een nieuwe variant van een gangbare technologie. “Met behulp van 4D ultrasound is het mogelijk de gehele vorm en de beweging van het aneurysma te bekijken. Daarnaast is het in de klinische toepassing van belang dat we een toegankelijke en kosten-efficiënte technologie gebruiken”, legt Esther uit.

Hoe knapt een ballon?

Om haar onderzoek treffend uit te leggen aan haar publiek, gebruikt Esther de analogie van het knappen van een ballon en de factoren die daarbij van belang zijn. Voor de juryleden van het e/MTIC cardiovascular medicine pitch was dit één van de redenen om Esther de titel ‘Beste Pitch’ toe te kennen.

“Esther wist met deze treffende introductie op een eenvoudige en herkenbare manier haar onderzoek uit te leggen aan het publiek”, aldus Sjoerd Mentink, Program Manager voor e/MTIC bij Philips en jurylid. “Daarnaast maakt Esther in haar onderzoek gebruik van een bekende meetmethode”, vult dr. Fokke van Meulen, Postdoc bij de TU/e en Kempenhaeghe hem aan. “Dat betekent dat de resultaten van haar onderzoek in potentie snel een belangrijke en impactvolle verandering in de dagelijkse klinische praktijk teweeg kunnen brengen.” Naast Sjoerd Mentink en Fokke van Meulen, bestond de jury uit Myrthe van der Ven (TU/e en Máxima Medisch Centrum) en Henning Maass (Philips).

Bron: Philips.nl


© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden