Genoeg tijd om een ‘bietje te kleppen’

Behalve de specialisten werken er nog ruim 500 medewerkers in en voor het Catharina Kanker Instituut. Wie zijn ze en wat doen ze? We vragen het deze keer aan vrijwilliger Henny van den Boomen.

Het is één van de vertrouwde gezichten op de Dagbehandeling van het Catharina Kanker Instituut: vrijwilliger Henny van den Boomen. Iedere donderdagochtend voorziet ze de patiënten op deze afdeling van een kopje koffie of thee maar vooral ook van een praatje.

In het begin liep ze haar koffieronde nog samen met een collega-vrijwilliger, maar dat zorgde voor een praktisch probleem: “Dan had ik voor mijn gevoel niet genoeg tijd om te kunnen kleppen met de patiënten”, vertelt vrijwilliger Henny van den Boomen met een glimlach. “Mijn collega moest dan steeds op mij wachten. Nu loop ik de koffieronde alleen en kan ik iedereen die dat wil voldoende aandacht geven. Dat vind ik heerlijk. Van 09.00 tot 13.00 uur heb ik het rijk alleen.”

Kommer en kwel

Want het praatje, dat is misschien wel het belangrijkste deel van het werk dat Henny al bijna acht jaar doet. “Veel patiënten vinden het heerlijk om even over iets te kletsen dat niet met het ziek zijn te maken heeft. Bijvoorbeeld over het weer, een vakantie of over mijn nieuwe hond. Daar vertel ik wel eens iets over. Patiënten zie ik vaak regelmatig terug en dan vragen ze er altijd weer naar.” Het is volgens Henny gelukkig niet alleen maar kommer en kwel op de afdeling. “Er wordt hier ook veel gelachen. Laatst nog met een man die Brabantse woorden zo leuk vindt. Ik vroeg hem om een Brabants woord met een ‘q’. Het antwoord: een quukske.”

Speciale krant

Henny zet graag een stapje extra voor de patiënten van het Catharina Kanker Instituut. “Laatst viel het mij op dat ik een bepaalde mevrouw al lang niet meer had gezien. Ik hoorde dat het niet zo goed met haar ging dus heb ik haar een kaartje gestuurd om haar sterkte te wensen.”

“Er was hier een meneer opgenomen die graag een speciale krant leest. Die zit niet in ons pakket maar die ga ik dan even halen bij de boekwinkel in de centrale hal.” Dat waarderen patiënten: “Van een mevrouw kreeg ik laatst nog een berichtje dat ze het zo fijn vond dat ik altijd haar favoriete tijdschrift gaf. Dat vind ik ook het mooiste van dit werk, de dankbaarheid van de patiënten.”

Het k-woord

Henny weet uit eigen ervaring wat kanker en een chemobehandeling voor gevolgen hebben. Haar man overleed in 2009 aan longkanker, haar moeder overleed toen Henny nog maar 19 was aan baarmoederhalskanker. “De tijden zijn gelukkig wel veranderd. In de tijd van mijn moeder werd er gesproken over ‘K’, ik kreeg pas op de dag van de begrafenis te horen dat ze ziek was geweest.”

De ziekte van haar moeder was indirect de reden om dit vrijwilligerswerk te gaan doen: “Ik was er destijds helemaal niet mee bezig. Nu heb ik soms het gevoel dat ik iets goed heb te maken. Dat doe ik dan misschien op deze manier.”


© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden