‘Ik wil dat zij het goed hebben als ik er niet meer ben’

Renate heeft uitgezaaide eierstokkanker en wordt niet meer beter. Ze is 34 jaar getrouwd met Arjen en heeft een zoon. Ze kan haar geliefden steeds beter de ruimte geven om voor haar te zorgen. “Op de momenten dat ik heel erg ziek ben, moet er lijfelijk voor mij gezorgd worden. Dat vind ik heel moeilijk, want normaal ben ik de zorgende in ons gezin. Door mantelzorgen als een uiting van liefde te zien die je ontvangt en ook weer teruggeeft, is dit makkelijker.”

Renate (34) heeft uitgezaaide eierstokkanker en wordt niet meer beter.

In november 2018 was Renate een weekendje weg, deed een jurkje aan en zei tegen haar man: ‘het lijkt wel of ik zwanger ben’. ‘We deden er toen een beetje lacherig over, maar mijn buik groeide maar door. Na veel onderzoeken kwamen mijn man en ik in het Catharina Ziekenhuis terecht. De arts pakte mijn hand vast en vertelde dat ik uitgezaaide eierstokkanker fase vier had met een tumor zo groot als een baarmoeder. Ze vertelde me meteen dat het ongeneeslijk was, maar het behandelplan om mijn leven te verlengen lag gelukkig klaar.’

Een uitwisseling van liefde

Op dit moment is Renate’s kwaliteit van leven goed. ‘Ik ben een enorme mazzelaar met mijn lieve gezin en leef het leven dat ik het allerliefste leef, maar wel met een dikke wolk erboven. Als mijn zoon vraagt hoe het met me gaat en ik zeg dat ik buikpijn heb, zie ik de zorg op zijn gezicht. Mijn moederhart huilt dan, maar mijn grote mensenhart doet een beroep op zijn kracht. Ik wil niet de persoon zijn die hangt op de ander, maar ik zie nu dat het accepteren van de zorg een uitwisseling van liefde kan zijn. Je kunt namelijk ook iets teruggeven, namelijk liefde, aandacht of stilte. Mantelzorgen is voor mij een uitwisseling van liefde en dus veel meer dan bijvoorbeeld de boodschappen doen.’

Lotgenoten geven nieuwe inzichten

‘Ik kan goed met mijn man, zoon en vriendinnen over het ziek zijn praten, maar zij weten natuurlijk niet hoe het écht voelt. Daarom vind ik ook veel steun bij inloophuis De Eik. Bij het inloophuis werkt een super goede gespreksleider, heel integer. Met lotgenoten bespreken we daar dingen als het uitzoeken van een graf, maar ook: ga je in deze fase wel of geen nieuwe keuken kopen? Mensen die niet ziek zijn, roepen meteen “ja natuurlijk!”, maar de mensen die hetzelfde meemaken denken daar vaak anders over. Het is een gemêleerd gezelschap en dat geeft nieuwe inzichten. Bijvoorbeeld over hoe je in deze fase omgaat met je kind. Iedereen pakt dit anders aan en daar leer je weer van.’

Geen patiënt

Mijn hele uitvaart is al geregeld. Ik wil in de laatste fase graag een groot bed in de serre met veel kussens. Een soort nest waar iedereen in kan kruipen. Wat ik graag zou willen is dat ook aan het einde mijn geliefden met mij in gesprek blijven en me niet behandelen alsof ik zielig ben. Natuurlijk mogen ze meevoelen en goed voor me zorgen, maar behandel me wel als Renate. Ik weet zeker dat mijn man en zoon het redden als ik er niet meer ben. Ik merk dat ik nu al aan het sturen ben om mezelf straks onnodig te maken. Zodat zij het goed hebben als ik er niet meer ben.’

Steeds meer mantelzorgers

Het aantal mensen met gevorderde kanker neemt toe, maar hun prognose verbetert door nieuwe behandelmogelijkheden. Door deze ontwikkeling neemt ook het aantal naasten dat zorg draagt toe. Vaak geeft het zorgen voor iemand met gevorderde kanker een gevoel van voldoening, maar het kan ook hoge lasten met zich mee brengen. Dit laatste kan tot een verminderde kwaliteit van leven leiden voor deze naasten zelf. De IPSO inloophuizen zijn er nadrukkelijk ook om naasten te ondersteunen. Kijk voor een inloophuis in de buurt op https://ipso.nl/ipso-inloophuizen/


© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden