De rol van de radiologie binnen het Catharina Hart- en Vaatcentrum bestaat uit zowel diagnostische, beeldvormende (niet-invasieve) onderzoeken van hart en vaten, als ook beeldgestuurde behandelingen (interventieradiologie).
Interventieradiologie
De interventieradioloog werkt nauw samen met veel verschillende specialismen, zowel binnen als buiten het Hart- en Vaatcentrum.
Samen met de vaatchirurgen voert de interventieradioloog invasieve behandelingen uit aan van de bloedvaten bij verschillende vaataandoeningen, zoals vernauwingen van slagaders van benen, buik- en halsslagaders, maar ook in het kader van het thoracic outlet syndroom, waarvoor het CZE expertisecentrum is.
Patiënten met een acuut herseninfarct worden behandeld als onderdeel van de acute beroertezorg door de neurologen. Via de bloedvaten verwijderen we de bloedprop die het infarct veroorzaakt uit de hersenslagader (IAT). Het CZE is regionaal verwijscentrum voor deze behandeling.
De interventieradioloog voert ook andere spoedeisende behandelingen uit. Denk daarbij aan acute bloedingen, acute afsluiting van been- of buikvaten of behandeling van ernstige longembolieën door mechanische trombectomie (verwijdering). Hierbij werken we nauw samen met onder anderen vasculair internisten, MDL-artsen, chirurgen, urologen, longartsen en gynaecologen.
Radiologie-cardiovasculaire imaging (beeldvorming van hart en bloedvaten)
Op de afdeling Radiologie worden hart en bloedvaten met MRI en CT-scans afgebeeld. Met scans van de bloedvaten kunnen we onder meer vernauwingen en verwijdingen opsporen.
Met MRI en CT-scans van het hart kunnen we veel verschillende aandoeningen onderzoeken, zoals vernauwingen van de kransslagaders, afwijkingen na een hartinfarct, aangeboren hartafwijkingen of aandoeningen van de hartspier. Ook zijn deze onderzoeken een belangrijk onderdeel van de voorbereiding voor een operatie, zoals een nieuwe hartklep. Er is daarbij een zeer nauwe samenwerking met cardiologen.