De zenuwbundel van de arm vindt zijn oorsprong in het ruggenmerg en bestaat uit vijf zenuwen die vanuit het ruggenmerg tussen de hals spieren, over de eerste rib, onder het sleutelbeen en onder de kleine borstspier door naar de arm lopen. Deze bundel, genaamd de plexus brachialis, kan geïrriteerd raken door herhaaldelijke bewegingen door bijvoorbeeld een beroep of sport, een doorgemaakt trauma (val op arm/schouder, auto-ongeval) of een toename van de spiermassa. Geschat wordt dat bij twee tot drie op de 100.000 mensen NTOS voorkomt.

Symptomen

Door de irritatie van de zenuwbundel kunnen klachten ontstaan.  Veel voorkomende klachten zijn:

• Een tintelend gevoel in de arm, hand en/of vingers
• Krachtsverlies in de arm, hand en/of vingers
• Een doof, vermoeid en/of tintelend gevoel in de schouder, arm en/of vingers
• Verkleuringen van vingers/hand, droge huid en een koude-gevoel

De klachten ontstaan of nemen toe bij het heffen of reiken van de arm. Daarbij wordt vaak gezien dat mensen moeite hebben met het wassen en kammen van het haar, poetsen van de tanden, huishoudelijke taken en autorijden. Bij een deel van de patiënten worden de klachten uitgelokt door een bepaalde slaaphouding.

De Gilliatt-Sumner hand

Een zeldzaam fenomeen als gevolg van een langer bestaande NTOS is de zogenoemde Gilliatt-Sumner Hand. Deze karakteristieke verschijnselen van NTOS kenmerken zich door zwakte en/of afname van de spieren in de hand. Klachten die optreden zijn een verdoofd gevoel en/of tintelingen in de onderarm, pink en ringvinger, het smaller worden van de hand ten gevolge van het verdwijnen van spiermassa, stijfheid, krachtverlies en het uit handen laten vallen van spullen.