Catharina Hart- en Vaatcentrum

Wij zijn een toonaangevend topklinisch centrum dat gespecialiseerd is in het verlenen van hoogwaardige complexe zorg op het gebied van cardiologie, cardiothoracale chirurgie, vaatchirurgie en vasculaire neurologie.

Hart- en Vaatcentrum in cijfers

  • 30.000
    hart- en vaatpatiënten per jaar
  • 8.500
    ingrepen per jaar
  • 3.700
    dagbehandelingen per jaar
  • 4
    hoogleraren

Samenwerkende specialismen

Om ervoor te zorgen dat onze patiënten de best mogelijke zorg ontvangen, zijn we intern georganiseerd als een netwerk van specialisten. Deze samenwerking tussen verschillende disciplines stelt ons in staat om complexe gevallen grondig te onderzoeken en op maat gemaakte behandelplannen te ontwikkelen. Ons multidisciplinaire team van medisch specialisten, verpleegkundigen en ander zorgpersoneel werkt nauw samen om de best mogelijke uitkomsten voor onze patiënten te garanderen.

Bij het Catharina Hart- en Vaatcentrum staat de patiënt altijd centraal. We begrijpen dat hart- en vaatziekten ingrijpende gevolgen kunnen hebben voor uw leven en uw dierbaren. Daarom bieden we niet alleen de beste medische zorg, maar ook persoonlijke ondersteuning en begeleiding gedurende het hele behandeltraject.

Wij streven ernaar om u een betere kwaliteit van leven te bieden en u te helpen bij het bereiken van een optimale gezondheid. Of het nu gaat om preventieve zorg, diagnostiek, behandeling of revalidatie, ons ervaren team staat voor u klaar.

State-of-the-art 

Door het grote aantal behandelingen in het Catharina Hart- en Vaatcentrum is de expertise van andere specialismen die nauw betrokken zijn bij de zorg van hart- en vaatpatiënten ook van hoog niveau. Zo hebben we een kwalitatief hoogwaardig Intensive Care en OK-complex, waar we patiënten met complexe hart- en vaataandoeningen de specialistische zorg kunnen bieden die zij nodig hebben. Met de allernieuwste beeldtechnieken kunnen chirurgen tijdens een operatie in het lichaam van de patiënt kijken. Zo kunnen zij complexe operaties verrichten op een minder belastende manier. De patiënt herstelt sneller en dit verkleint de kans op infecties of een heroperatie.

Wat maakt het Catharina Hart- en Vaatcentrum bijzonder?

Onze focus ligt niet alleen op het leveren van uitstekende patiëntenzorg, maar ook op het bevorderen van opleiding en (wetenschappelijk) onderzoek. We geloven dat medische vooruitgang cruciaal is om de behandeling van hart- en vaatziekten continu te verbeteren. Daarom zijn we voortdurend bezig met het uitvoeren van onderzoek om de nieuwste technieken en behandelingen te ontwikkelen. Dit doen we samen met collega’s van andere ziekenhuizen, universiteiten en farmaceutische bedrijven.

Wij geloven ook dat patiënten een essentiële rol spelen in wetenschappelijk onderzoek en technische innovatie. Als patiënt bij het Catharina Hart- en Vaatcentrum kunt u worden gevraagd deel te nemen aan wetenschappelijke onderzoeken die gericht zijn op het verkennen van nieuwe behandelingsmethoden of het verbeteren van bestaande therapieën. Uw deelname aan deze onderzoeken draagt bij aan het vergroten van onze kennis en helpt ons om de zorg voor toekomstige patiënten te verbeteren.

We nodigen u uit om meer te ontdekken over ons centrum en de betrokken specialismen. Aarzel niet om contact met ons op te nemen als u vragen heeft of als u een afspraak wilt maken. De medewerkers binnen het Catharina Hart- en Vaatcentrum staan voor u klaar met de beste zorg en expertise op het gebied van hart en vaatzorg. Samen werken we aan een gezonde toekomst!

Ontmoet onze medewerkers

Catharina Hart- en Vaatcentrum

Veelgestelde vragen

  • Komt u bij de cardioloog, dan bespreekt deze specialist met u wat voor u de beste behandeling is. Stelt de cardioloog een hartoperatie voor, dan wordt de behandeling voortgezet door de cardiothoracaal chirurg. Deze bespreekt samen met u welke operatie het beste resultaat oplevert. Na de opname neemt de cardioloog de behandeling weer over.

     

  • De meest voorkomende oorzaken van boezemfibrilleren zijn achterliggende hartproblemen, aderverkalking, een hoge bloeddruk en een te snel werkende schildklier. Vaak is het ook een kwestie van slijtage van het hart. Fanatieke sporters hebben vanwege de belasting van hun hart meer kans op boezemfibrilleren. Serieus overgewicht, roken en veel alcohol vergroten het risico ook.

  • Nee en ja. Hoe snel en onregelmatig de hartslag ook is, de kamers van het hart blijven hun werk doen. In die zin is het ongevaarlijk. Maar omdat het bloed tijdens het boezemfibrilleren minder goed door het hart stroomt, kunnen er bloedpropjes ontstaan. Die kunnen in de hersenen terechtkomen en daar een beroerte veroorzaken. Ook op andere plekken, bijvoorbeeld in de darmen of de nieren, kunnen bloedpropjes problemen geven. Om dat te voorkomen, slikken veel patiënten antistollingsmiddelen, zogeheten coumarines of vitamine K antagonisten. Die verlagen de kans op een beroerte met 60 tot 80 procent. Lastig is dat de waarden van het middel in het bloed nogal kunnen schommelen, bijvoorbeeld door het eten van producten met hoge concentraties vitamine K, zoals groene groenten en kaas. Omdat de hoeveelheid medicatie daarop moet worden aangepast, moeten patiënten elke twee a drie weken hun bloedwaarden laten controleren bij de trombosedienst. Overigens verschilt het risico op bloedpropjes van patiënt tot patiënt. Niet iedereen heeft antistollingsmiddelen nodig.

  • Er bestaan zeldzame, erfelijke varianten van boezemfibrilleren. Die openbaren zich meestal al op jonge leeftijd. Boezemfibrilleren boven de 60 is vaak het gevolg van ouderdom of van andere lichamelijke problemen.

  • De klachten bij boezemfibrilleren beginnen meestal aanvalsgewijs: de klachten komen op en verdwijnen vanzelf. Soms duurt zo’n aanval een paar minuten, soms een uur of een dag. In de loop van de tijd komen de aanvallen vaker terug en/of duren ze langer. Uiteindelijk kan het boezemfibrilleren chronisch worden en is er constant sprake van een verstoord en versneld hartritme.

  • De website YoungStrokeToolbox is speciaal ontwikkeld voor mensen die op jonge leeftijd (onder de 50) te maken krijgen met een beroerte. Hier vindt u meer informatie over oorzaken, behandelingen, gevolgen en verder leven met de gevolgen: Young stroke toolbox – Youngstroketoolbox.

  • Tijdens uw ziekenhuisopname adviseert uw zaalarts u over de mogelijkheid om weer auto te rijden. Dit advies heeft te maken met uw klachten. Wanneer u weer mag autorijden verschilt per persoon. Er is dus geen algemeen geldend antwoord.

    Kijk voor meer informatie op de website van het CBR: Regels voor het rijden na een beroerte – CBR.

    Let op: Uw eigen neuroloog mag geen rijbewijskeuringen uitvoeren. Dit moet door een onafhankelijke arts gebeuren.

  • Elke operatie kent enige risico’s. De cardiothoracaal chirurg weegt de risico’s van een operatie zorgvuldig af. Hij bespreekt met u de mogelijke risico’s. Is opereren niet verantwoord, dan stellen we de operatie uit of we zoeken naar een andere behandeling. Tegelijkertijd zal de specialist beoordelen hoe urgent uw situatie is. Dat bepaalt of u met (enige) spoed geopereerd wordt of dat u op een wachtlijst komt.

  • De wachttijd voor een hartoperatie is sterk afhankelijk van de soort operatie en de conditie van een patiënt. Alle opgenomen patiënten worden altijd met voorrang behandeld (binnen één week). Hartpatiënten die in een goede conditie zijn en een ‘eenvoudige’ hartoperatie moeten ondergaan (alleen een aortaklep of een omleidingsoperatie), hoeven niet naar de IC. Zij komen binnen via de zogenaamde PACU (recovery-afdeling op de IC) en zijn snel aan de beurt.

    Op onze website staan de actuele wachttijden. Omdat het patiëntenaanbod sterk wisselt, klopt dit helaas niet altijd.  

  • Een mechanische hartklep is gemaakt carbon en staal. Dat zorgt ervoor dat de hartklep heel erg sterk is en in principe een leven lang meegaat. Het nadeel is dat dit materiaal stolsels kan veroorzaken. Iemand met een mechanische klep moet daarom levenslang antitrombose medicijnen slikken (via de trombosedienst).

    Een biologische klep is gemaakt van dierlijk materiaal, meestal rund. Het voordeel is dat daardoor geen stolsels ontstaan. Nadeel van een biologische klep is de beperkte levensduur van 15 tot 25 jaar.

    Uw chirurg bespreekt samen met u tijdens het intakegesprek de te nemen keuze.

  • Een omleiding maken is heel nauwkeurig millimeterwerk, waarbij het hart ondertussen continu klopt. Daardoor is het lastig de dunne hechting door het bloedvat te steken. Door de patiënt aan de hartlongmachine aan te sluiten, is het mogelijk het hart tijdelijk stil te zetten zodat de chirurg de omleiding kan maken.
    Het is ook mogelijk om slechts een klein stukje van het hart stil te zetten. Dit doet de chirurg door het plaatsen van een soort ‘naaimachinevoetje’ (de zogenaamde Octopus). Beide methoden zijn veilig en goed. De keuze bespreekt de chirurg samen met de patiënt. 


© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden